Banalisering racistisch geweld is onaanvaardbaar

12 mei 2006
Actiedomein: Samenleving
Discriminatiegrond: Racisme

Het Centrum voor gelijkheid van kansen is diep geschokt door de gebeurtenissen die op 11 mei 2006 in Antwerpen plaats vonden en wil hierbij zijn medeleven uitdrukken ten aanzien van de familie en vrienden van de slachtoffers.

Het Centrum is verontrust door de toename van gewelddadige feiten waarvan sommige de laatste weken met racistisch karakter. In het verleden waren er onder andere ook racistische feiten te Schaarbeek (racistische moord , mei 2002), te Wilrijk ( aanslag op een Joodse jongen in juni 2004), te Broechem (aanslag op enkele asielzoekers in een open opvangcentrum in juli 2004), te Tienen (jongeren vallen een Afrikaanse dame aan, mei 2005), te Zellik ( racistisch geweld in een tankstation op 27 april 2006) en te Brugge (racistisch geweld door skinheads op straat op 7 mei 2006).

Het Centrum merkt aan de hand van de dossiers waarover het beschikt een duidelijke toename van dit racistische geweld. Algemeen stellen we de laatste jaren een verharding in de samenleving vast.

Het is aan politie en gerecht nu om het onderzoek te voeren en om na te gaan of er al dan niet een racistisch motief aan de basis lag van deze criminele daden.

Het motief kan niet gewoon afgeleid worden uit het feit dat de vermoedelijke daders en de slachtoffers van verschillende origine zijn. Niettemin is het racistisch motief een element waar de onderzoekers rekening mee moeten houden. De juridische autoriteiten hebben recent ook instrumenten voorzien om dit soort van criminaliteit beter te registreren en aan te pakken.

In maart 2006 heeft het College van Procureurs-generaal een omzendbrief verstuurd waarbij aan parketten en politie meer aandacht voor de registratie van misdrijven ingegeven door racistisch motief wordt gevraagd. Ook werden er per gerechtelijk arrondissement.