Op 10 maart 2007 wilde de Nederlandse tak van ‘Blood and Honour’ bijeenkomen in het Noord –Limburgse Ijsselstein. Dat was niet naar de zin van de plaatselijke autoriteiten, die de bijeenkomst verboden. De groep van 150 tot 200 neonazi’s’ week uit naar de Duitse militaire begraafplaats in Lommel. Voor het dodenmonument werden toespraken gehouden door de heren Wijkamp en Glimmerveen, die zich toespitsten op de problematische aanwezigheid van vreemdelingen en een verheerlijking van het nazisme. De ceremonie werd beëindigd met het uitbrengen van een gezamenlijke Hitlergroet.

Het Centrum legde - conform zijn wettelijke opdrachten - al meermaals klacht neer tegen personen die in het openbaar de Hitlergroet brengen en/ of het nazisme verdedigen. Sinds 1996 bestaat hierover al een duidelijke rechtspraak op basis van de antiracismewet. Deze uitspraak bevestigt dat de overheid met de bestaande wetgeving kan optreden tegen dit soort praktijken en ze effectief kan vervolgen.

“Politie, veiligheidsdiensten en staatsveiligheid moeten waakzaam blijven voor dergelijke gebeurtenissen die niets te maken hebben met het recht op vrije meningsuiting en van de vervolging ervan een prioriteit maken”, zo zegt directeur Jozef De Witte.

“Hoewel de bijeenkomsten zélf zelden gepaard gaan met problemen van openbare orde, zijn er duidelijke banden tussen dit soort groeperingen en racistische geweldmisdrijven, ook al staan die in tijd en ruimte los van elkaar”.

Het is géén toeval dat neonazistische groeperingen zoals Blood and Honour locaties in België uitkiezen om er herdenkingen en concerten te organiseren, waarbij de talrijke Duitse, Nederlandse en Engelse nummerplaten opvallen. Waar tot voor kort slechts schoorvoetend werd ingegrepen, betekent deze uitspraak een welgekomen ommekeer: België moet de internationale kritiek van o.m. de Verenigde Naties ernstig nemen en alles in het werk stellen om dergelijke manifestaties onmogelijk te maken.

Om paal en perk te stellen aan dit fenomeen, zijn er momenteel verschillende voorstellen zoals het toelaten van bijzondere opsporingsmethoden, het verbieden van dergelijke samenscholingen door de Burgemeester, een verbod op dergelijke organisaties (al dan niet via een uitbreiding van de wet op de privé-milities). Jozef De Witte: “Wij vragen aan het parlement om deze voorstellen te bespreken en om spoedig over de fractiegrenzen heen een consensus te bereiken die dergelijke manifestaties in België onmogelijk maakt.”