Het Centrum in 2011: jaarverslag algemene werking

Het jaar 2011 was het eerste jaar van het nieuwe Strategische Driejarenplan 2011-2013 van het Centrum. In dat strategisch plan geven we richting aan onze werkzaamheden binnen de twee pijlers van onze wettelijk opdrachten: de pijler Discriminatie/Gelijke Kansen en de pijler Migratie (migratiestromen, grondrechten van vreemdelingen en mensenhandel).

Voor elk van deze twee pijlers oefenen we drie taken uit. De eerste taak is het ontvangen van individuele meldingen over discriminatie en over schendingen van grondrechten van vreemdelingen. In 2011 ontvingen we niet minder dan 5 185 meldingen, wat driemaal zoveel is als zes jaar geleden. Voor discriminatie ontvingen we 4 162 meldingen, wat leidde tot de opening van 1 351 dossiers. Rond de grondrechten van vreemdelingen ontvingen we 1 023 meldingen, die leidden tot 179 dossiers. Voor elk van die meldingen zoeken we een oplossing, die tegemoetkomt aan de legitieme belangen van elk van de partijen en ook goed is voor de samenleving als geheel. Wij geven altijd de voorkeur aan een oplossing in overleg, via onderhandeling of verzoening, maar voor discriminatie kunnen we een rechtszaak starten als dat overleg niet mogelijk blijkt of mislukt. Het is dan aan een rechter om uitspraak te doen, en zo hoort het in een rechtsstaat. In 2011 hebben we de methodologie om meldingen te behandelen verfijnd en verbeterd, om zo de best mogelijke aanpak te verzekeren, met een warm hart voor de melder maar tegelijkertijd met een koel hoofd, om zo onze onafhankelijke en objectieve aanpak van dossiers te garanderen.

We zijn opgetogen over de samenwerking met de meldpunten in Vlaanderen en ook in het Franstalige landsgedeelte zijn lokale meldpunten in de maak. Daarnaast werken we samen met tal van andere partners (overheden, sociale partners, belangenverenigingen, …) die hun verantwoordelijkheid opnemen in de strijd tegen discriminatie en de bevordering van gelijke kansen. Onze tweede taak bestaat er immers in om te informeren, te sensibiliseren en te vormen. Zo hebben we ook in 2011 vorming geven aan de politie, aan de RVA, aan de Brusselse thuiszorgsector, aan federale ambtenaren, om er enkele te noemen. De vormingsdienst heeft ook speciale aandacht besteed aan de interne vorming van nieuwe medewerkers, van diensthoofden, …

Het Centrum wil ook ten volle een forumfunctie vervullen, door partners rond de tafel te verzamelen met het oog op het uitwerken van diverse activiteiten en vooral in het kader van onze derde taak: het formuleren van adviezen en aanbevelingen. Deze aanbevelingen gaan zowel over onze eerste pijler, de strijd tegen discriminatie en de bevordering van gelijke kansen ( in bijvoorbeeld het onderwijs, de sport, de gezondheidszorg en de media), als over onze tweede pijler: hoe de overheid kan bijdragen aan een betere kennis van de migratiestromen, aan meer respect voor de grondrechten van vreemdelingen, aan een efficiëntere strijd tegen mensenhandel en -smokkel. Deze aanbevelingen zijn enerzijds gebaseerd op de meldingen die we krijgen, anderzijds op studies en onderzoeken in het kader van onze ‘diversiteitsbarometer’ of rond migratiestromen en de grondrechten van vreemdelingen.

Zo maakte het Centrum deel uit van de begeleidingscommissie voor regularisatie, werd er een studiedag gewijd aan de gezinshereniging, en ook de 60ste verjaardag van de Vluchtelingenconventie van Genève kreeg aandacht.

De strijd tegen mensenhandel en -smokkel blijft een prioriteit voor het Centrum, vooral omdat die sterk vervlochten is met sociale fraude en met andere vormen van georganiseerde misdaad. Met de drie opvangcentra voor slachtoffers van mensenhandel heeft het Centrum een nieuw elektronisch beheerssysteem ontwikkeld, dat de opvolging van individuele dossiers moet vergemakkelijken en een goed beeld moet schetsen van de slachtoffers van mensenhandel.

Het Centrum is binnen Europa en zelfs daarbuiten bekend: medewerkers van het Centrum vervullen belangrijke taken in internationale samenwerkingsmechanismen, het Centrum levert gewaardeerde bijdragen aan internationale rapporten en conferenties rond elk van zijn wettelijke opdrachten.

Op 12 juli 2011 besliste de Interministeriële Conferentie voor Personen met een Handicap om het Centrum aan te wijzen als onafhankelijk mechanisme ter uitvoering van het Artikel 33 § 2 van het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap. De dienst die deze nieuwe opdracht zal waarmaken is pas van start gegaan op 1 december 2011, je zal er meer over lezen in ons volgende jaarverslag. Deze toewijzing versterkt de opdrachten van het Centrum rond handicap, bevestigt de de facto interfederale werking van het Centrum, en is een stap in de oprichting van een mensenrechteninstelling.

Het jaar 2012 wordt een cruciaal jaar voor het Centrum. De onderhandelingen om tot een gemeenschappelijk, interfederaal Centrum te komen – die begonnen in december 2006 – moeten nu eindelijk tot een tastbaar resultaat leiden, zodat elke inwoner van het land één enkel aanspreekpunt heeft voor meldingen van discriminatie of voor schendingen van de grondrechten van vreemdelingen. De optie voor één enkel orgaan levert elke inwoner ook de garantie op de meest kwaliteitsvolle behandeling van zijn vragen, in de landstaal van zijn voorkeur. Een interfederaal Centrum zal de sterke internationale positie van elk van onze overheden alleen maar ten goede komen en natuurlijk stukken minder kosten dan wanneer elke overheid zijn eigen aparte instelling zou oprichten. Dit interfederale Centrum is een noodzakelijke tussenstap om binnen afzienbare tijd te komen tot de oprichting van een brede nationale mensenrechteninstelling, waartoe elke overheid van dit land zich ten aanzien van de verenigde Naties toe heeft verbonden.

Wij wensen je veel leesplezier.