Correctionele rechtbank Brussel (Franstalige), 26 februari 2014
Leden van de spoorwegpolitie werden beschuldigd van geweld tegenover daklozen en mensen zonder papieren. De incidenten vonden plaats tussen 8 januari en 26 november 2006. In totaal werden een vijftiental personen het slachtoffer van onterende en gewelddadige handelingen. Het gedrag ten aanzien van bepaalde slachtoffers was ingegeven door racistische motieven die een verzwarende omstandigheid vormden. De vordering van het Centrum was ontvankelijk en gegrond.
Datum : 26 februari 2014
Instantie : correctionele rechtbank
Criterium: racisme
De feiten
Leden van de spoorwegpolitie werden beschuldigd van geweld tegenover daklozen en mensen zonder papieren. De incidenten vonden plaats tussen 8 januari en 26 november 2006. In totaal werden een vijftiental personen het slachtoffer van onterende en gewelddadige handelingen. Het gedrag ten aanzien van bepaalde slachtoffers was ingegeven door racistische motieven die een verzwarende omstandigheid vormden. De vordering van het Centrum was ontvankelijk en gegrond.
Beslissing
Het verwerpelijk motief werd vastgesteld in hoofde van de vier beklaagden, voor wat betreft de feiten die werden begaan tegenover twee van de vier slachtoffers voor wie het Centrum was tussengekomen als burgerlijke partij.
Unia was betrokken partij.
Afgekort: Corr. Brussel (Fr.), 26-2-2014