Correctionele rechtbank van Brussel, 20 oktober 2004

20 oktober 2004
Actiedomein: Onderwijs
Discriminatiegrond: Racisme
Gerechtelijk arrondissement: Brussel

Na een klacht van het Centrum bracht het parket twee personen voor de rechtbank voor antisemitische daden die de Joodse afkomst van hun leraar Frans viseerden. Het Openbaar Ministerie vervolgde hen voor inbreuken op de negationismewet.. Het Centrum stelde zich naast het slachtoffer ook burgerlijke partij omdat uitspraken zoals Heil Hitler, les Juifs sont des assassins, mort aux juifs (sic) , het brengen van de hitlergroet en het aanbrengen van hakenkruisen eveneens inbreuken zijn op de anti racisme wet van 30 juli 1981.

De 55ste kamer van de rechtbank heeft de inbreuken op de negtionismewet niet aanvaard aangezien het niet aangetoond was dat de daden van de beklaagden in hun geest een verwijzing naar de genocide, begaan door het nazi-regime, vormden. Maar na herkwalificatie van de feiten veroordeelde de rechtbank hen voor het aanzetten tot racisme op basis van artikel 1 van de wet van 30 juli 1981. De eerste beklaagde kreeg een gevangenisstraf van 6 maanden met uitstel, de andere beklaagde werd bij verstek veroordeeld tot 6 maanden effectief. De burgerlijke partijen kregen elk 1 euro.

Downloads