Artikel 28: behoorlijke levensstandaard en sociale bescherming

De Staten die Partij zijn erkennen het recht van personen met een handicap op een behoorlijke levensstandaard voor henzelf en voor hun gezinnen, met inbegrip van voldoende voeding, kleding en huisvesting en op de voortdurende verbetering van hun levensomstandigheden, en nemen passende maatregelen om de uitoefening van dit recht zonder discriminatie op grond van handicap te beschermen en te bevorderen.

De Staten die Partij zijn erkennen het recht van personen met een handicap op sociale bescherming en op het genot van dat recht zonder discriminatie op grond van handicap, en nemen passende maatregelen om de verwezenlijking van dat recht te waarborgen en te stimuleren, met inbegrip van maatregelen om:

  • de gelijke toegang voor personen met een handicap tot voorzieningen op het gebied van zuiver water te waarborgen, alsmede toegang te waarborgen tot passende en betaalbare diensten, instrumenten en andere vormen van ondersteuning voor aan de handicap gerelateerde behoeften;
  • de toegang voor personen met een handicap, in het bijzonder voor vrouwen, meisjes en ouderen, tot programma’s voor sociale bescherming en het terugdringen van de armoede te waarborgen;
  • voor personen met een handicap en hun gezinnen die in armoede leven de toegang tot hulp van de overheid te waarborgen, voor aan de handicap gerelateerde kosten, met inbegrip van adequate training, advisering, financiële hulp en mantelzorgondersteunende zorg;
  • de toegang voor personen met een handicap te waarborgen tot sociale huisvestingsprogramma’s;  
  • de toegang voor personen met een handicap te waarborgen tot pensioensuitkeringen en -programma’s.”

VN Comité voor Rechten van Personen met een Handicap

Simon Bacher vs. Oostenrijk (2018)

In feite

Mr. Bacher was born with Down’s syndrome. He is on the autism spectrum and occasionally needs a wheelchair. He lives in the town of Vomp, in a house that his family bought in 1983. The house, and the two neighbouring houses, are only accessible by a footpath. As he grew, his parents became unable to carry him and decided to build a roof over the path to protect it from bad weather. Planning permission was granted by the local authority to build such a roof, with the agreement of the immediate neighbours. However, the owners of one of the neighbouring houses (Mr. R and his uncle) were not invited to attend the meeting. They sued the author’s parents, claiming that the roof had reduced the width of the path and that its height violated his right of way. 

Hof van justitie van de Europese Unie

Johann Odar (2012)

In feite

Odar, geboren met een zware handicap (erkende invaliditeitsgraad van 50%), verliest zijn job als hij 59 is. Het bedrijf waar hij was tewerk gesteld voorzag, in het kader van een collectieve arbeidsovereenkomst, in een systeem gebonden aan leeftijd en anciënniteit voor werknemers die het bedrijf wensen te verlaten. Er wordt ook een alternatieve formule voorzien voor werknemers ouder dan 54 jaar. Het bedrijf past op de situatie van Odar de alternatieve formule toe rekening houdend met het feit dat hij vanaf 60 jaar aanspraak kan maken op een pensioen voor personen met een handicap. Het bedrag dat daaruit voortvloeit ligt merkelijk lager dan wanneer men de alternatieve formule toepast rekening houdend met de algemene leeftijd voor het pensioen (65 jaar).