De arbeidsmarktparticipatie van personen van vreemde origine verbetert, maar blijft nog steeds achter

11 maart 2020
Actiedomein: Werk
Discriminatiegrond: Racisme

Aan dit tempo duurt het nog decennia voordat mensen van buitenlandse origine evenveel kansen hebben op een job als mensen van Belgische origine. Dat besluit trekt Unia uit het rapport van de nieuwe Socio-economische Monitoring, dat ze samen met de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg om de twee jaar publiceert. ‘Zelfs al hebben mensen van vreemde origine een diploma in hetzelfde studiedomein als mensen van Belgische origine, toch blijft de kans dat ze werk vinden gevoelig kleiner.’

Vandaag zien we dat meer mensen van vreemde origine een job vinden (3,6 procentpunten meer in 2016 dan in 2008). ‘Maar dat neemt niet weg dat ze nog steeds een pak minder kans op werk hebben dan hun landgenoten van Belgische origine,’ zegt Unia-directeur Els Keytsman. Door structurele discriminatie blijft onze arbeidsmarkt vierkant draaien voor werkzoekenden van vreemde origine. De achterstand van mensen van vreemde origine blijft dus een structureel fenomeen van de Belgische arbeidsmarkt.

‘Zo ziet Unia dat maar 46,5 procent mensen van Maghrebijnse origine een job heeft, tegenover 73,7 procent van de personen van Belgische origine. Mensen uit het Nabije/Midden Oosten komen er nog slechter vanaf met 33,6 procent. Voor die laatste groep kan dat voor een groot stuk verklaard worden omdat ze meer nieuwkomers tellen die hun plaats op de arbeidsmarkt nog zoeken.’

Diploma

Het idee leeft dat een diploma een beter perspectief biedt op de Belgische arbeidsmarkt. ‘Dat klopt vooral voor mensen van Belgische origine. Met eender welk diploma kunnen zij aan een goed betaalde job geraken. Bij personen van niet-EU-origine ligt het genuanceerder. Als zij al met hun diploma een goedbetaalde job vinden, is het alleen in de sector waarbinnen ze gespecialiseerd zijn.’

‘Mensen van vreemde origine met een diploma genieten dus niet of veel minder van het effect dat een diploma kan hebben,’ merkt Keytsman op. Ook deze editie van de Socio-economische Monitoring benadrukt het dus: een diploma is niet altijd de sleutel tot een job. Een hoog gediplomeerde kandidaat met een vreemde origine heeft nog altijd relatief minder kansen op werk dan een kandidaat met hetzelfde diploma.   

‘Dat er verschillen zijn op de arbeidsmarkt tussen mensen van Belgische en vreemde origine weten we, maar dat zelfs een diploma weinig verschil maakt, blijft zorgwekkend,’ zegt Keytsman. 

Jongeren en werk vinden

Jongeren van vreemde origine vinden ook veel minder snel werk dan hun leeftijdsgenoten van Belgische origine. Uit de analyse van de data blijkt dat jongeren van Belgische origine ongeveer binnen 3 maanden een eerste job vinden. Jongeren met Maghrebijnse roots doen er drie keer zo lang over. Jongeren vanuit het Nabije/Midden Oosten doen er soms wel meer dan een jaar over. ‘Ook de onderzoekers noemen dit alarmerend, omdat zo de kloof al van aan de start gemaakt wordt.’    

Structurele discriminatie en etnostratificatie

Al sinds 2013 leggen we de loep op de arbeidsmarkt. Eerst keken we alleen naar origine, leeftijd en geslacht om een achterstand te onderzoeken. Daar kwamen telkens factoren bij, zoals diploma en ook studiedomein. Hoe meer informatie we hebben, hoe duidelijker het wordt: het is structurele discriminatie die de jobkansen in België verkleint en die onze arbeidsmarkt opdeelt in verschillende laagjes. Mensen met een vreemde origine vind je vaker in de slecht betaalde en precaire jobs. De betere jobs zijn voor werknemers van Belgische origine.

Maatregelen

De OESO waarschuwde ons land er in 2019 voor dat de algemene lage werkzaamheidsgraad onze welvaart kan ondermijnen. Hoewel er met een stijgende werkzaamheidsgraad, een dalende werkloosheidsgraad én een dalende inactiviteitsgraad zeker ook positief nieuws te melden valt, is de vooruitgang te traag. Alle betrokken ministers moeten de koppen bij elkaar steken om de jobkansen van mensen van vreemde origine te verhogen. Werkgevers moeten gemakkelijker een tijdelijk aanwervingsbeleid kunnen voeren gericht op die groep. Vandaag kijken ze op tegen de administratieve last en onduidelijkheid die dat met zich meebrengt. In het net gepubliceerde rapport stellen Unia en de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg nog meer aanbevelingen voor.    

Algemeen over monitoring

Het is zelden gezien in België dat zoveel verschillende gegevens met enkele muisklikken kunnen gecombineerd worden. Wil iemand bijvoorbeeld weten hoeveel vrouwen van Sub-Saharaanse origine er werken in de verzekeringssector in Vlaanderen? Dan kan dat eenvoudig worden opgezocht. Je kan origine combineren met leeftijd, sector, diploma enzovoort. Zo krijg je snel een helder zicht op hoe onze arbeidsmarkt werkt.  

Vergelijkbare artikels