Ga verder naar de inhoud

Arbeidshof Brussel (Franstalig), 17 juli 2025

Een leraar grijpt naast een benoeming in een directiefunctie. Het arbeidshof oordeelt dat hij werd gediscrimineerd op basis van zijn politieke overtuiging.

Gepubliceerd op: 17/07/2025
Domeinen: Arbeid, Onderwijs
Beschermde kenmerken: Discriminatie op basis van politieke overtuiging
Rechtsinbreuk(en): Discriminatie (burgerrechtelijk), Directe discriminatie
Rechtsmacht: Arbeidshof
Rechtsgebied: Brussel
Unia (burgerlijke) partij: neen

Feiten

Een leraar in het secundair onderwijs stelt zich meermaals kandidaat voor een directiefunctie, maar hij wordt niet weerhouden. Hij meent dat de weigering verband houdt met zijn politieke overtuiging, die niet zou stroken met die van een aantal leden van het bestuursorgaan van de school.

Beslissing

Het arbeidshof stelt vast dat er een vermoeden is van discriminatie op basis van de politieke overtuiging van de leraar. De school kan op basis van objectieve gegevens niet aantonen waarom in 2022 en 2023 een andere kandidaat werd benoemd in de directiefunctie. Bovendien werd tijdens de selectiegesprekken gepeild naar de politieke ambities van de leraar. 

De school kan het vermoeden van discriminatie niet weerleggen.

Het arbeidshof bevestigt het vonnis van de arbeidsrechtbank. Er is volgens het arbeidshof sprake van directe discriminatie op basis van de politieke overtuiging van de leraar. Hij krijgt de wettelijk voorziene forfaitaire schadevergoeding van 6 maanden brutoloon.

Unia was geen betrokken partij.

Afgekort: Arbh. Brussel (Fr.), 17/7/2025 - Rolnummer  2025/AB/106

Wetgeving:

Op de hoogte blijven van juridisch nieuws?