Ga verder naar de inhoud

Hof van Cassatie, 24 maart 2025

Elke persoon voor wie een welbepaalde andere persoon in uitvoering van een arbeidsbetrekking daadwerkelijk een persoonlijke beroepsactiviteit verricht, moet worden beschouwd als een werkgever op wie de in artikel 18, § 2, 2°, bepaalde forfaitaire schadevergoeding van toepassing is.

[Eerste aanleg: Arbeidsrechtbank Brussel (Nederlandstalig), 3 september 2019]

[Hoger beroep: Arbeidshof Brussel (Nederlandstalig), 4 januari 2022]

Gepubliceerd op: 24/03/2025
Domeinen: Arbeid
Beschermde kenmerken: Discriminatie op basis van handicap (validisme)
Rechtsinbreuk(en): Discriminatie (burgerrechtelijk), Directe discriminatie
Rechtsmacht: Hof van Cassatie
Rechtsgebied: België
Unia (burgerlijke) partij: ja

Feiten

Een man is sinds 2006 via zijn bvba werkzaam voor een bedrijf. In 2017 kondigt de man aan dat hij voortaan in een rolstoel naar het werk zal komen. Niet veel later zegt het bedrijf de samenwerking op. Zowel de arbeidsrechtbank als het arbeidshof oordelen dat er sprake is van discriminatie op grond van handicap. Het feit dat de samenwerking tussen het bedrijf en de man plaatsvond via een dienstverleningsovereenkomst doet geen afbreuk aan de bescherming van de antidiscriminatiewet. 

Tegen het arrest werd cassatieberoep ingesteld. De samenwerking vond plaats in het kader van een dienstverleningsovereenkomst tussen 2 vennootschappen. De man had geen arbeidsovereenkomst gesloten met de opdrachtgever. Artikel 18, § 2, 2° antidiscriminatiewet stelt evenwel dat de forfaitaire schadevergoeding van 6 maanden brutoloon enkel van de werkgever kan worden gevorderd ...

Beslissing

Het Hof van Cassatie verwerpt het cassatieberoep en oordeelt dat niet alleen de persoon die een werknemer tewerkstelt krachtens een arbeidsovereenkomst, maar elke persoon voor wie een welbepaalde andere persoon in uitvoering van een arbeidsbetrekking daadwerkelijk een persoonlijke beroepsactiviteit verricht, moet worden beschouwd als een werkgever op wie de in artikel 18, § 2, 2°, bepaalde forfaitaire schadevergoeding in voorkomend geval van toepassing is.

Unia was betrokken partij.

Afgekort: Cass., 24/3/2025 - Rolnummer S.22.0009.N

Op de hoogte blijven van juridisch nieuws?