Ga verder naar de inhoud

Correctionele rechtbank Brussel (Franstalig), 3 juni 2021

Een man is bij verstek veroordeeld wegens slagen en verwondingen, toegebracht vanuit homohaat. Hij krijgt 8 maanden cel en een boete van 800 euro. De man wordt ook veroordeeld tot de betaling van een morele schadevergoeding aan het slachtoffer en aan Unia.

[Zie ook: Correctionele rechtbank Brussel (Franstalig), 26 mei 2025]

[Waarschuwing: vonnissen en arresten kunnen kwetsend taalgebruik bevatten.]

Gepubliceerd op: 03/06/2021
Domeinen: Samenleving
Beschermde kenmerken: Discriminatie op basis van seksuele oriëntatie
Rechtsinbreuk(en): Haatmisdrijf, Slagen en verwondingen
Rechtsmacht: Correctionele rechtbank
Rechtsgebied: Brussel
Unia (burgerlijke) partij: ja

Feiten

In december 2019 nemen 2 mannen de bus in Brussel. Ze maken er geen geheim van dat ze homoseksueel zijn. Wanneer de mannen een zwangere vrouw willen laten passeren, raakt één van hen lichtjes een bejaarde dame (aan wie hij zijn plaats had afgestaan); hij verontschuldigt zich meteen. Een andere persoon op de bus reageert heel agressief tegen hem en blijft hem beledigen ondanks de geuite excuses. 

De vriend van het slachtoffer probeert tussenbeide te komen en de situatie te ontmijnen maar de gemoederen blijven verhit. De beklaagde stelt aan de man voor om uit te stappen en het dan uit te vechten, maar het slachtoffer van de agressie weigert dit. De beklaagde geeft het slachtoffer een klap en scheldt hem uit voor “vuil homootje”, daarna slaat hij met zijn vuist op het gezicht van het slachtoffer. Een neutrale getuige zal nadien bevestigen wat er precies is gebeurd op de bus.

Unia stelde zich in dit proces burgerlijke partij, aan de zijde van het slachtoffer. De beklaagde liet verstek gaan. 

Juridische kwalificatie

Het openbaar ministerie vervolgde de beklaagde voor:

  • Opzettelijke slagen en verwondingen (artikel 398 Strafwetboek) met discriminerende drijfveer als verzwarende omstandigheid (artikel 405quater Strafwetboek).

Beslissing

De correctionele rechtbank achtte de feiten bewezen en erkende ook dat er een homofoob motief was geweest bij de agressie.

In het vonnis bevestigde de rechtbank dat er welbewust een slachtoffer was uitgekozen dat behoorde tot een bepaalde groep. Die “selectieve keuze” komt neer op een discriminatoir motief en wijst op een haatdelict.

De beklaagde werd bij verstek veroordeeld tot 8 maanden gevangenisstraf en een geldboete van 800 euro. Burgerrechtelijk werd hij veroordeeld tot de betaling van 2.500 euro aan het slachtoffer en 500 euro aan Unia.

Aandachtspunten

Deze feiten zijn representatief voor de heersende homofobie waarmee homoseksuele paren worden geconfronteerd in hun dagelijkse leven. Wanneer een homoseksueel stel effectief de seksuele oriëntatie laat blijken, stelt het zich dagelijks bloot aan beledigingen, opmerkingen of uitingen van agressie; dit laat onmiskenbaar psychologische sporen na en zet personen er dikwijls toe aan om hun gedrag aan te passen (ze vermijden sommige plaatsen, zijn bang om openlijk homoseksueel te zijn…).

De feiten onderstrepen ook hoe belangrijk getuigen kunnen zijn bij aanvallen van deze aard. Als er getuigen zijn, is het gemakkelijker om de feiten aan te tonen. Hun aanwezigheid helpt een slachtoffer ook om stappen te ondernemen. 

Unia was betrokken partij.

Afgekort: Corr. Brussel, 3/06/2021

Op de hoogte blijven van juridisch nieuws?