Ga verder naar de inhoud

Algemeen over de antidiscriminatiewet

De antidiscriminatiewet of voluit de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie zet EU-Richtlijn 2000/78/EG van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep om in Belgisch recht.

De antidiscriminatiewet bevat burgerrechtelijke en strafrechtelijke bepalingen over discriminatie en strafrechtelijke bepalingen over haatspraak. De strafrechtelijke bepalingen over haatmisdrijven gepleegd vanuit een discriminatoire drijfveer zijn terug te vinden in het Strafwetboek, waar ze werden ingevoerd door de antidiscriminatiewet. De strafrechtelijke bepalingen uit de antidiscriminatiewet worden overgebracht naar het nieuwe Strafwetboek dat op 8 april 2026 in werking zal treden.

De antidiscriminatiewet heeft betrekking op niet-raciale en niet-gendergerelateerde kenmerken

13 beschermde kenmerken

Raciale en gendergerelateerde kenmerken worden beschermd door de antiracismewet en de genderwet (en de equivalente decreten en ordonnanties). Dit zijn de 13 kenmerken die door de antidiscriminatiewet worden beschermd (de zgn. beschermde criteria):

  • leeftijd: bijvoorbeeld jong of oud
  • seksuele oriëntatie: bijvoorbeeld homoseksueel
  • burgerlijke staat: bijvoorbeeld ongehuwd
  • geboorte: bijvoorbeeld familielid zijn van een bepaald iemand
  • vermogen: bijvoorbeeld een werkloosheidsuitkering ontvangen
  • geloof of levensbeschouwing: bijvoorbeeld aanhanger zijn van een bepaalde godsdienst
  • politieke overtuiging: bijvoorbeeld lid zijn van een bepaalde politieke partij
  • syndicale overtuiging: bijvoorbeeld lid zijn van een vakbond
  • taal: taal is een beschermd kenmerk, maar Unia is hier niet voor bevoegd (maar in een aantal gevallen geeft een bepaalde taalvereiste wel aanleiding tot een indirect onderscheid op grond van een beschermd criterium uit de antiracismewet)
  • gezondheidstoestand: bijvoorbeeld een tijd afwezig zijn wegens ziekte
  • handicap: bijvoorbeeld slechtziend zijn of een chronische ziekte hebben
  • fysieke of genetische eigenschap: bijvoorbeeld een brandwonde hebben
  • sociale afkomst of toestand: bijvoorbeeld thuisloos zijn

Toepassingsdomeinen                                                

De antidiscriminatiewet geldt voor de volgende domeinen (maar een aantal bepalingen van de antidiscriminatiewet zijn ook buiten deze domeinen van toepassing):

  • toegang tot en aanbod van goederen en diensten die publiekelijk beschikbaar zijn
  • sociale bescherming, met inbegrip van de sociale zekerheid en de gezondheidszorg
  • sociale voordelen
  • aanvullende regelingen voor sociale zekerheid
  • arbeidsbetrekkingen
  • vermelding in een officieel stuk of in een proces-verbaal
  • lidmaatschap van of betrokkenheid bij een werkgevers- of werknemersorganisatie of enige organisatie waarvan de leden een bepaald beroep uitoefenen, waaronder de voordelen die deze organisaties bieden
  • toegang tot en deelname aan, alsook elke andere uitoefening, van een economische, sociale, culturele of politieke activiteit toegankelijk voor het publiek

Unia heeft een Lexicon uitgewerkt met praktische informatie over de antidiscriminatiewet. 

Nieuw Strafwetboek

De strafrechtelijke bepalingen uit de antidiscriminatiewet zullen worden overgebracht naar hoofdstuk 7, afdeling 1 van het nieuwe Strafwetboek (art. 249 e.v.) over de misdrijven inzake de bestraffing van de discriminatie, de aanzetting tot haat en het negationisme. Daarnaast zullen in het nieuwe Strafwetboek de strafrechtelijke bepalingen over discriminatie bij de toegang tot goederen of diensten (art. 254 nieuw Sw.), de strafrechtelijke bepalingen over discriminatie binnen de arbeidsrelaties (art. 255 nieuw Sw.) en het verenigingsmisdrijf (art. 252 nieuw Sw.) uitgebreid worden met de beschermde criteria uit de antidiscriminatiewet.

Het betreft:

  • Aanzetting tot discriminatie of haat (art. 250, 1°-4° nieuw Sw.)
  • Deelneming aan een groepering die discriminatie of segregatie verkondigt (art. 252 nieuw Sw.)
  • Discriminatie door een persoon die een openbare functie uitoefent (art. 253 nieuw Sw.)
  • Discriminatie bij de toegang tot goederen en diensten (art. 254 nieuw Sw.)
  • Discriminatie binnen de arbeidsrelaties (art. 255 nieuw Sw.)

Het nieuwe Strafwetboek heft de volgende bepalingen op: 

  • Artikel 21 tot en met 23 ADW (art. 118, 18° nieuw Sw.)

Wat haatmisdrijven betreft zal de discriminerende drijfveer van de dader een verzwarende factor zijn bij alle misdrijven, behoudens in die gevallen waarin de wet van de discriminerende drijfveer een verzwarend bestanddeel maakt (art. 29, 1e lid nieuw Sw.). De definities staan in het nieuwe Strafwetboek in:

  • artikel 29, 2e lid voor de discriminerende drijfveer
  • artikel 28 voor de verzwarende factor
  • artikel 8 voor het verzwarend bestanddeel 

Opheffing van de antidiscriminatiewet van 25 februari 2003

In 2003 werd een eerste antidiscriminatiewet goedgekeurd: wet van 25 februari 2003 ter bestrijding van discriminatie en tot wijziging van de wet van 15 februari 1993 tot oprichting van een Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding, gewijzigd bij de programmawet van 9 juli 2004 en de wet houdende diverse bepalingen van 20 juli 2006

Deze wet werd opgeheven door de huidige antidiscriminatiewet: de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie. De huidige antidiscriminatiewet kwam tot stand nadat het Grondwettelijk Hof in een arrest nr. 157/2004 van 6 oktober 2004 een aantal woorden en bepalingen uit de oude antidiscriminatiewet had vernietigd en een aantal interpretaties had geformuleerd met betrekking tot enkele begrippen die in de wet werden gehanteerd.

Openen Sluiten Raadpleeg de parlementaire stukken (selectie)

Totstandkoming van de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007

De antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 verving de antidiscriminatiewet van 25 februari 2003. In de nieuwe wet werd onder meer rekening gehouden met arrest nr. 157/2004 van het Grondwettelijk Hof en werd gezorgd voor een betere aansluiting bij de EU-Richtlijn 2000/78/EG van 27 november 2007 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep.

Openen Sluiten Raadpleeg de parlementaire stukken

Wijzigingen aan de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007

De antidiscriminatiewet werd gewijzigd door de volgende wetten:

  • Wet van 30 december 2009
  • Wet van 6 juni 2010
  • Wet van 17 augustus 2013
  • Wet van 15 april 2018
  • Wet van 21 december 2018
  • Wet van 2 mei 2019
  • Wet van 20 juli 2022
  • Wet van 7 april 2023
  • Wet van 28 juni 2023
  • Wet van 29 februari 2024 (nieuw Strafwetboek – Boek I)
  • Wet van 29 februari 2024 (nieuw Strafwetboek – Boek II)
  • Wet van 15 mei 2024

We beschrijven alle aanpassingen in detail:

Wet van 30 december 2009

  • Syndicale overtuiging. Toevoeging in artikel 3 en 4, 4° ADW van ‘syndicale overtuiging’ (art. 107-108 Wet 30/12/2009); Toevoeging in artikel 377bis, 405quater, 422quater, 438bis, 442ter, 453bis, 514bis, 525bis, 532bis en 534quater Strafwetboek van ‘syndicale overtuiging’ (art. 109-118 Wet 30/12/2009).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 6 juni 2010

  • Toezicht. Vervanging artikel 32, § 1, 2e lid ADW door ‘Deze ambtenaren oefenen dit toezicht uit overeenkomstig de bepalingen van het Sociaal Strafwetboek’ (art. 106 Wet 6/6/2010).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 17 augustus 2013

  • Interfederalisering. Vervanging in artikel 4, 5° ADW van de woorden ‘het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding opgericht door de wet van 15 februari 1993’ door ‘het interfederaal Centrum voor gelijke kansen en bestrijding van discriminatie en racisme opgericht door het samenwerkingsakkoord van 12 juni 2013’ (art. 18 Wet 17/8/2013).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 15 april 2018

  • Ondernemingsrechtbank. Vervanging in artikel 20 ADW van de woorden ‘rechtbank van koophandel’ door ‘ondernemingsrechtbank’ (art. 252 Wet 15/4/2018).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 21 december 2018

  • Artikel 17 Gerechtelijk Wetboek. Vervanging in artikel 30, 1° ADW van de woorden ‘vereniging die op de dag van de feiten ten minste 3 jaar rechtspersoonlijkheid bezitten', en toevoeging van de woorden ’en die de voorwaarden voorzien in artikel 17, 2e lid, 1° tot 3°, van het Gerechtelijk Wetboek vervult’ (art. 149 Wet 21/12/2018).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 2 mei 2019

  • Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten. Aanvulling artikel 32 ADW met: § 4. Wat de aanvullende pensioenen voor bedrijfsleiders betreft, onverminderd de bepalingen van § 1, is de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten, bedoeld in artikel 44 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, bevoegd voor het toezicht op de naleving van artikel 12. In het kader van dit toezicht zijn de strafbepalingen bedoeld in artikel 51 van de wet van 15 mei 2014 houdende diverse bepalingen, van toepassing onverminderd titel IV.
    § 5. Wat de aanvullende pensioenen voor de zelfstandigen actief als natuurlijk persoon, de meewerkende echtgenoten en de zelfstandige helpers betreft, onverminderd de bepalingen van § 1, is de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten, bedoeld in artikel 44 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, bevoegd voor het toezicht op de naleving van artikel 12. In het kader van dit toezicht zijn de strafbepalingen bedoeld in artikel 18 van de wet van 18 februari 2018 houdende diverse bepalingen inzake aanvullende pensioenen en tot instelling van een aanvullend pensioen voor de zelfstandigen actief als natuurlijk persoon, voor de meewerkende echtgenoten en voor de zelfstandige helpers, van toepassing onverminderd titel IV (art. 151 Wet 2/5/2019).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 20 juli 2022

  • Gezondheidstoestand. Vervanging in artikel 3 en 4, 4° ADW van de woorden ‘huidige of toekomstige gezondheidstoestand’ door ‘gezondheidstoestand’ (art. 2-3 Wet 20/7/2022).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 7 april 2023

  • Represaillebescherming welzijnswet. Vervanging artikel 6 ADW door: Onverminderd het 2e lid, zijn de bepalingen van deze wet niet van toepassing in geval van intimidatie in de arbeidsbetrekkingen ten aanzien van de in artikel 2, § 1, van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk bedoelde personen. Deze personen kunnen zich in geval van intimidatie in het kader van de arbeidsbetrekkingen enkel beroepen op de bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, behalve wat de bescherming tegen nadelige maatregelen betreft, waarvoor artikel 17 van toepassing is (art. 8 Wet 7/4/2023).   
  • Represaillebescherming buiten arbeidsbetrekkingen. Wijziging artikel 16 ADW - bepalingen represaillebescherming buiten domein arbeidsbetrekkingen (art. 9 Wet 7/4/2023).
  • Represaillebescherming binnen arbeidsbetrekkingen. Wijziging artikel 17 ADW - bepalingen represaillebescherming binnen domein arbeidsbetrekkingen (art. 10 Wet 7/4/2023).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken

Wet van 28 juni 2023

  • Beschermde criteria. Vervanging in artikel 3 ADW van de opsomming van de beschermde criteria door de woorden ’op grond van de beschermde criteria’ (art. 21 Wet 28/6/2023); Vervanging in artikel 4, 4° ADW van ‘seksuele geaardheid’ door ‘seksuele oriëntatie (art. 22 Wet 28/6/2023); Vervanging in artikel 4, 4° ADW van ‘sociale afkomst’ door ‘sociale afkomst of toestand’ (art. 23, a) Wet 28/6/2023).
  • Een of meer beschermde criteria. Vermelding van ‘een of meer beschermde criteria’ in artikel 4, 6°; 4, 7°; 4, 8° 4, 9°; 4, 10°; 4, 11° en 4, 13° ADW; artikel 7, 9, 10 en 11 ADW; artikel 21, 22 en 23 ADW en artikel 28 ADW (art. 23, 27, 31-32 en 34 Wet 28/6/2023).
  • Vermeende beschermde criteria en beschermde criteria bij associatie. Aanvulling artikel 4, 4° ADW met: Deze beschermde criteria kunnen werkelijke of vermeende, eigen of bij associatie toegekende beschermde criteria zijn, en kunnen alleenstaand zijn, of worden gecombineerd met een of meer beschermde criteria van deze wet, van de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden en van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen (art. 24, a) Wet 28/6/2023).
  • Cumulatieve en intersectionele discriminatie. Toevoeging in artikel 4, 9°/1 ADW van een definitie van cumulatieve discriminatie en in artikel 4, 9°/2 van een definitie van intersectionele discriminatie (art. 24, b) Wet 28/6/2023); Toevoeging van een hoofdstuk in ADW met als opschrift ‘Rechtvaardiging van onderscheid op grond van meerdere beschermde criteria’ (art. 25 Wet 28/6/2023); Toevoeging artikel 9/1 ADW in verband met rechtvaardigingsregeling voor cumulatieve en intersectionele discriminatie (art. 26 Wet 28/6/2023); Aanvulling artikel 14 ADW met ‘cumulatieve discriminatie’ en ‘intersectionele discriminatie’ (art. 28 Wet 28/6/2023); Aanvulling artikel 14, § 2 ADW met 3° en 4° in verband met cumul van schadevergoedingen bij cumulatieve en intersectionele discriminatie (art. 29, d), Wet 28/6/2023); Toevoeging in artikel 27 ADW van cumulatieve en intersectionele discriminatie (art. 33 Wet 28/6/2023).
  • Forfaitaire bedragen. Vervanging in artikel 18, § 2 ADW van ‘650’ door ‘1.950’ en van ‘1.300’ door ‘3.900’ en toevoeging van regels in verband met indexering (art. 29, a)-c) Wet 28/6/2023).
  • Stakingsvordering en positieve maatregelen. Aanvulling artikel 20 ADW met mogelijkheid om positieve maatregelen op te leggen; Vervanging van de woorden ‘kan (…) forfaitaire schadevergoeding toekennen’ door ‘kent de forfaitaire schadevergoeding toe'; Opheffing bepaling dat maatregelen van openbaarmaking slechts opgelegd mogen worden indien zij er kunnen toe bijdragen dat de gewraakte daad of de uitwerking ervan ophouden (art. 30 Wet 28/6/2023).
  • Toestemming slachtoffers. Toevoeging in art 31, § 1 ADW dat toestemming van de wettelijke vertegenwoordigers van het slachtoffer of van zijn rechtsopvolgers kan worden verkregen (art. 35 Wet 28/6/2023); Toevoeging in artikel 31, § 2 ADW toestemmingsvereiste indien slachtoffer is overleden of zich in een kwetsbare toestand bevindt (art. 35 Wet 28/6/2023).
  • Toekenning subsidies. Invoeging artikel 32/1 ADW: De Koning stelt bij besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad de voorwaarden en nadere regels vast voor de toekenning van subsidies die jaarlijks worden toegekend aan organisaties die actief zijn op het gebied van discriminatiebestrijding of aan projecten die tot doel hebben discriminatie te bestrijden, voor wat betreft de aangelegenheden die tot de bevoegdheid behoren van de federale overheid (art. 36 Wet 28/6/2023).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken

Wet van 29 februari 2024 (nieuw Strafwetboek – Boek I)

  • Ontzetting en toepassing bepalingen van Boek I Strafwetboek. Opheffing artikel 25 en 26 ADW in het kader van het nieuwe Strafwetboek (art. 35, 8° Wet 29/2/2024).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 29 februari 2024 (nieuw Strafwetboek – Boek II)

  • Niet voegen naar stakingsvordering. Vervanging in artikel 24 ADW van de woorden ‘gevangenisstraf van een maand tot een jaar en met geldboete van 50 euro tot 1.000 euro of met een van die straffen alleen’ door ‘een straf van niveau 1’ in het kader van het nieuwe Strafwetboek (art. 116 Wet 29/2/2024).
  • Aanzettingsmisdrijf en discriminatie door ambtenaar. Opheffing artikel 21 tot 23 ADW in het kader van het nieuwe Strafwetboek (art. 118, 18° Wet 29/2/2024).

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Wet van 15 mei 2024

  • Toezicht. Aanvulling artikel 32, § 1 met: Ze beschikken over de in de artikelen 23 tot 39, 42/1 en 42/2 van het Sociaal Strafwetboek bedoelde bevoegdheden wanneer zij, ambtshalve of op verzoek, optreden in het kader van hun opdracht tot informatie, bemiddeling en toezicht inzake de naleving van de bepalingen van deze wet en de uitvoeringsbesluiten ervan (art. 135 Wet 15/5/2024). 

Openen Sluiten Ontdek de parlementaire stukken (selectie)

Beroepen tot vernietiging bij het Grondwettelijk Hof

  • Arrest nr. 17/2009 van 12 februari 2009: het Grondwettelijk Hof verwerpt het beroep tot vernietiging van bepalingen uit de antidiscriminatiewet onder voorbehoud van de interpretaties vermeld in B.36.4, B.47.3, B.51.6, B.53.4, B.54.4, B.74.5 en B.76.2.
  • Arrest nr. 39/2009 van 11 maart 2009: het Grondwettelijk Hof verwerpt het beroep tot vernietiging van bepalingen uit de antidiscriminatiewet onder voorbehoud van de interpretaties vermeld in B.16, B.21.4, B.25.4 en B.26.4.
  • Arrest nr. 41/2009 van 11 maart 2009: het Grondwettelijk Hof verwerpt het beroep tot vernietiging van bepalingen uit de antidiscriminatiewet.
  • Arrest nr. 64/2009 van 2 april 2009: het Grondwettelijk Hof vernietigt artikel 3 en artikel 4, 4° ADW in zoverre zij onder de beschermde criteria niet de syndicale overtuiging beogen, vernietigt in artikel 6 ADW de vermelding 1° en vernietigt in artikel 15 ADW de woorden ‘bij voorbaat’.

Evaluaties van de antidiscriminatiewet

Andere federale antidiscriminatiewetgeving in detail

An­ti­ra­cis­me­wet in detail

De federale antiracismewet is voluit de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden. De wet vormt de basis om specifieke daden van racisme en xenofobie aan te pakken. 

Ne­ga­ti­o­nis­me­wet in detail

De negationismewet is voluit de wet van 23 maart 1995 tot bestraffing van het ontkennen, minimaliseren, pogen te rechtvaardigen of goedkeuren van de genocide die tijdens de Tweede Wereldoorlog door het nationaal-socialistische regime is gepleegd.