Aanbevelingen voor onderwijs voor de verkiezingen van 2024
- Advies of aanbeveling
- Onderwijs
Diversiteit, discriminatie en inclusie zijn belangrijke thema’s in het onderwijs. Om in dat domein een verschil te maken, verzamelde Unia naar aanleiding van de verkiezingen van 2024 haar belangrijkste aanbevelingen. We hopen zo een aanzet te kunnen geven voor de volgende legislatuur.
1. Ondersteun leerkrachten en educatief personeel en leer ze omgaan met diversiteit
Diversiteitsmanagement is iets waar scholen elke dag mee bezig zijn. Uit de Diversiteitsbarometer blijkt dat leerkrachten bereid zijn om ongelijkheden in het onderwijs aan te pakken, maar niet over de juiste tools beschikken om met heterogene leerlingenpopulaties om te gaan. Zoals alle organisaties die opkomen voor de rechten van kinderen en van personen met een handicap of die strijden tegen racisme al langer aanbevelen, moeten leerkrachten een opleiding en ondersteuning krijgen afgestemd op de uitdagingen waarmee ze worden geconfronteerd, om het onderwijs inclusiever te maken.
Unia pleit voor een basisopleiding en bijscholingen om op die behoeften in te spelen. Die moeten focussen op de vaardigheden en opvattingen van het onderwijzend personeel. De opleiding moet gebaseerd zijn op collectieve analyses van praktijken en moet leerkrachten in staat stellen om de vooroordelen, impliciete verwachtingen, stereotypen en onbewuste vooroordelen die beoordelings- en begeleidingsbeslissingen kunnen beïnvloeden, te ontcijferen en te voorkomen. Ze moet de betrokkenen ook wapenen om met heterogene klassen om te gaan en om contacten met ouders te leggen.
2. Vereenvoudig het doorgeven van meldingen en reageer snel en gericht om alle discriminerende gedragingen te stoppen
Het is onaanvaardbaar dat leerlingen of studenten worden gepest of gediscrimineerd vanwege hun huidskleur, hun afkomst, hun (echte of vermeende) seksuele geaardheid, hun handicap of fysieke eigenschappen. De scholen moeten ervoor zorgen dat de wetgeving wordt nageleefd en dat alle leerlingen een veilige leeromgeving hebben. De Franse Gemeenschap werkt aan een nieuwe regeling om vanaf de start van het schooljaar 2023 pesten te voorkomen en om te zorgen voor een beter schoolklimaat in het leerplichtonderwijs.
Unia roept overheden op om de nodige middelen ter beschikking te stellen om scholen bewust te maken van hun verantwoordelijkheden en verplichtingen in de strijd tegen pesten en discriminatie en om hen in staat te stellen om gepaste toezichts-, interventie- en preventiemaatregelen te nemen. Dit om alle leerlingen - ook de kwetsbaarste (LGBTI+, personen met een handicap, Romagezinnen enz.) - te steunen en hun inclusie in het onderwijs te garanderen. Alle betrokken partijen uit het onderwijsveld moeten hieraan meewerken en hiervoor worden opgeleid en hun taken moeten op elkaar worden afgestemd. Dit geldt ook voor het hoger onderwijs en het volwassenenonderwijs.
Unia raadt aan om het juridisch kader uit te breiden en om coherente regelingen uit te werken in overleg met alle betrokken partijen om alle leerlingen gelijke bescherming te bieden.
3. Produceer meer en betere data om segregatie, uitsluiting, discriminatie en reproductie van ongelijkheden in het onderwijs te analyseren
Uit elk onderzoek naar segregatie, uitsluiting en discriminatie in het onderwijs blijkt dat er een gebrek is aan betrouwbare data om de evolutie van de ongelijkheid op dit gebied te doorgronden en te volgen. Om deze mechanismen te deconstrueren, moeten data over de migratieachtergrond van leerlingen worden vergeleken met gender- en sociaaleconomische variabelen en moet rekening worden gehouden met het schooltraject van leerlingen met een handicap. Er moet ook meer aandacht gaan naar de ervaringen van doelgroepen zoals LGBTI+-leerlingen, studenten en leerkrachten en kinderen van Roma en woonwagenbewoners, voor wie discriminatie-preventieacties moeten worden ontwikkeld en geëvalueerd. Gezien de complexiteit van de bestudeerde mechanismen moeten zowel kwalitatieve als kwantitatieve data worden verzameld. De huidige werkzaamheden van Unia om betere gelijkheidsdata te verzamelen, bevatten interessante voorstellen voor operationalisering, met inachtneming van de wetgeving inzake de bescherming van persoonsgegevens.
Unia raadt overheden aan om meer data te verzamelen en te kruisen om intersectorale analyses voor alle onderwijstypes en -niveaus te kunnen maken.
4. Maak werk van inclusief onderwijs voor kinderen van woonwagenbewoners en Roma
De bevindingen van de enquêtes van het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten (FRA) zijn verontrustend: in België gaat slechts 39% van de kinderen van woonwagenbewoners tussen 6 en 15 jaar naar school. Dit is het laagste percentage van de Europese landen waarop de FRA-studies betrekking hebben. Een ander veelzeggend cijfer is dat meer dan de helft (55%) van de woonwagenbewoners van 45 jaar en ouder in België geen enkele vorm van onderwijs heeft voltooid of nooit formeel onderwijs heeft genoten. Het is daarom absoluut noodzakelijk dat er specifieke schoolregelingen worden getroffen voor kinderen van woonwagenbewoners. Dit kan enkel als er voldoende terreinen beschikbaar zijn waar woonwagenbewoners het volledige jaar kunnen verblijven. Slechts 70% van de kinderen van Roma tussen 4 en 6 jaar gaat naar de kleuterschool. Voor alle andere kinderen bedraagt dit percentage bijna 100%. Via interculturele bemiddelaars moet blijvend werk worden verricht om de banden tussen scholen en Roma-gezinnen vanaf de vroege kinderjaren te versterken.
Naast acties om het recht op voldoende terreinen te waarborgen, beveelt Unia aan dat de overheden werk maken van inclusief onderwijs dat rekening houdt met de specifieke situatie van leerlingen uit Roma- en woonwagenbewonersmilieus.
5. Evalueer het systeem van het buitengewoon onderwijs
In haar gemeenschappelijke beleidsverklaring 2019-2024 heeft de Franse Gemeenschapsregering zich ertoe verbonden het systeem van het buitengewoon onderwijs te analyseren en te hervormen via een rondetafelconferentie. Deze maatregel, die bedoeld was om ‘het gewoon en het buitengewoon onderwijs te ontkokeren’, is niet gerealiseerd. Die is nochtans essentieel om deze doelstelling te realiseren en geleidelijk te komen tot inclusief onderwijs.
Unia raadt aan om een evaluatie van het buitengewoon onderwijs door te voeren in overleg met de onderwijssector en organisaties die personen met een handicap vertegenwoordigen.
6. Herzie de financiering van de territoriale polen en het buitengewoon onderwijs
De territoriale polen werden gefinancierd door een herschikking van personele middelen die eerder waren toegewezen aan het systeem van gehele tijdelijke integratie. Elke pool wordt gefinancierd in verhouding tot het totale aantal leerlingen dat is ingeschreven in de samenwerkende gewone scholen, met uitzondering van speciale middelen voor leerlingen met specifieke sensorisch-motorische behoeften of die uit het buitengewoon onderwijs komen. In deze omstandigheden zijn sommige leerlingen de facto gedwongen minstens een jaar buitengewoon onderwijs te volgen om voldoende middelen voor de pool te kunnen ‘genereren’. Dat was voorheen niet het geval. In zijn arrest 85/2023 van 1 juni 2023 oordeelde het Grondwettelijk Hof dat deze situatie discriminerend is: de wetgever kan leerlingen niet ongerechtvaardigd verschillend behandelen naargelang hun handicap van verstandelijke of sensomotorische aard is.
Unia raadt aan om de financiering van de territoriale polen te herzien en de mogelijkheid te onderzoeken om middelen uit het buitengewoon onderwijs anders te bestemmen. Een andere financiering moet ervoor zorgen dat alle kinderen, wat hun handicap ook is, de hulp kunnen krijgen die afgestemd is op hun behoeften, zonder dat ze daarvoor naar het buitengewoon onderwijs moeten gaan.
7. Bied opvoeders in voorzieningen voor mensen met een handicap een bijscholing aan over grondrechten en het begrip zelfbeschikking
Het recht op zelfstandig wonen is een grondrecht dat wordt beschermd door het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Dit recht maakt deel uit van een de-institutionaliseringsproces binnen de muren van de collectieve huisvestingsdiensten voor personen met een handicap. Opvoeders zijn eerstelijns sociale actoren die mensen ondersteunen bij de verwezenlijking van hun levensproject. Om opvoeders in staat te stellen deze mensen te begeleiden bij het uitoefenen van hun grondrechten, raadt Unia de invoering aan van bijscholing over de horizontale beginselen van het VN-Verdrag, namelijk inclusie, deelname van de persoon aan het maatschappelijk leven, non-discriminatie en zelfbeschikking.
8. Zet verder en meer in op schoolgebouwen voor personen met een handicap
De laatste jaren heeft de Franse Gemeenschapsregering heel wat middelen vrijgemaakt om schoolgebouwen te renoveren en ze zo toegankelijker te maken. Er is echter nog heel wat werk aan de winkel. Toch moet alles sneller kunnen om tot een daadwerkelijke inclusie van leerlingen met een handicap te komen.
Unia raadt de Franse Gemeenschap aan om een globaal actieplan voor de toegankelijkheid van schoolgebouwen goed te keuren. Dit meerjarenplan moet een stand van zaken van de huidige situatie bevatten, duidelijke doelstellingen formuleren en bepalen welke middelen moeten worden vrijgemaakt om alles om te zetten.
9. Neem toegankelijkheid en universeel ontwerp op in het curriculum van toekomstige bouw- en digitale professionals
Gebouwen, wegen en ook websites en webapplicaties worden vaak nog gebouwd zonder oog te hebben voor toegankelijkheidsvereisten. Een ontoegankelijk gebouwde of digitale omgeving is vaak het gevolg van onvoldoende bewustmaking en technische kennis. De (toekomstige) professionals krijgen nu nog onvoldoende opleiding over toegankelijkheid en universeel ontwerp voor personen met een handicap.
Daarom beveelt Unia de bevoegde overheden aan om een verplichte opleiding over toegankelijkheid op te nemen in de studieprogramma’s van toekomstige bouw- (architecten, aannemers enz.) en digitale professionals (webdesigners, ontwerpers van webinterfaces enz.). Er moeten ook bijscholingen worden overwogen voor mensen die deze beroepen nu al uitoefenen.
10. Organiseer een structurele opleiding over de antidiscriminatiewetgeving voor alle toekomstige juristen
Momenteel bevatten de curricula van toekomstige juristen aan universiteiten en hogescholen nog steeds geen specifieke module over de antidiscriminatiewetgeving. Aangezien discriminatie in onze samenleving vaker voorkomt, staat nu al vast dat deze toekomstige advocaten, magistraten en juristen geconfronteerd zullen worden met situaties en zaken waarin sprake is van discriminatie op het gebied van bijvoorbeeld werkgelegenheid of huisvesting.
Unia vraagt om het competentiekader van advocaten, ongeacht of ze les volgen aan een universiteit of een hogeschool, te herzien en er structureel een module over de antidiscriminatiewetgeving en over de belangrijkste actoren op dit gebied in België aan toe te voegen, zoals dat nu al bij toekomstige magistraten gebeurt.
Bekijk alle aanbevelingen voor de verkiezingen van 2024:
- Aanbevelingen voor het wettelijk kader rond antidiscriminatie
- Aanbevelingen voor gelijkheid, bestrijding van discriminatie en mensenrechten
- Aanbevelingen voor politie en justitie
- Aanbevelingen voor gezondheid en toegang tot sociale diensten
- Aanbevelingen voor goederen en diensten
- Aanbevelingen voor huisvesting
- Aanbevelingen voor antidiscriminatie en diversiteit op het werk
- Advies of aanbeveling
- Onderwijs