Ga verder naar de inhoud

Correctionele rechtbank Luik, afdeling Luik, 23 oktober 2025

2 leden van een motorbende maakten zich schuldig aan zware feiten van agressie ten aanzien van 2 broers. Ze werden veroordeeld voor slagen en verwondingen. Uit de gebruikte bewoordingen ("bougnoul") leidde de correctionele rechtbank de discriminerende drijfveer van de daders af.

[Waarschuwing: deze uitspraak kan kwetsend taalgebruik bevatten.]

Gepubliceerd op: 23/10/2025
Domeinen: Samenleving
Beschermde kenmerken: Racisme
Rechtsinbreuk(en): Haatmisdrijf, Slagen en verwondingen
Rechtsmacht: Correctionele rechtbank
Rechtsgebied: Luik
Unia (burgerlijke) partij: ja

Feiten

24 leden van 2 motorbendes (Vakeso Dom en Los Viajeros) werden vervolgd voor een hele reeks feiten. 2 leden werden meer in het bijzonder vervolgd voor feiten van slagen en verwondingen ten aanzien van 2 broers. Eén van die 2 broers stelde zich burgerlijke partij, naast Unia.

De feiten waarvoor één van de broers en Unia zich burgerlijke partij stelden, waren als volgt. In september 2022 waren 2 broers, M. en T., op stap in Charleroi. Op een bepaald ogenblik kruisten ze de leden van een motorbende die met hun motoren stonden te wachten voor een verkeerslicht. Eén van de broers, M., werd  als volgt aangesproken door een lid van de motorbende: "Qu'est-ce que tu as à nous regarder comme ça bougnoule ?" (vrije vertaling: "Wat zit je ons zo aan te staren, vuile Arabier?"). Vervolgens werd M. geslagen en op de grond gegooid. De broer van het slachtoffer, T., wou de gemoederen bedaren, maar ook hij werd geslagen en op de grond gegooid. Herhaaldelijk viel het scheldwoord "bougnoul". Wanneer M. vervolgens zijn broer, die in foetushouding op de grond lag om de slagen te ontwijken, ter hulp wilde komen, kwam een lid van de motorbende op hem afgereden met een motor met 3 wielen. M. kon zich vastklampen aan de voorruit van de motor en werd een 20-tal meter meegesleurd. De politie, die de motorrijders van op afstand in de gaten hield, kwam tussenbeide en kon een aantal vaststellingen doen. Maar de politie verrichtte geen arrestaties omwille van de talrijke opkomst van de motorrijders.

Juridische kwalificatie

Het openbaar ministerie vervolgde de beklaagden voor:

  • aanstoker zijn tot, hoofd zijn van of bevelvoerder zijn in een vereniging opgericht om wanbedrijven te plegen tegenover personen of eigendommen (artikel 322 en 323 oud Strafwetboek)
  • diefstal met geweld of bedreiging en poging tot diefstal met geweld of bedreiging (artikel 468 oud Strafwetboek)
  • bedreiging met een aanslag op personen of eigendommen (artikel 327 en 330 oud Strafwetboek)
  • opzettelijke slagen en verwondingen met ziekte of ongeschiktheid tot het verrichten van persoonlijke arbeid ten gevolge (artikel 399 oud Strafwetboek) met discriminerende drijfveer als verzwarende omstandigheid (artikel 405quater oud Strafwetboek)
  • inbreuk op de wet betreffende het verhandelen van gifstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, psychotrope stoffen, ontsmettingsstoffen en antiseptica en van de stoffen die kunnen gebruikt worden voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope stoffen
  • inbreuk op de wet houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens (wapenwet)

Beslissing

De 2 leden van de motorbende werden schuldig bevonden aan de feiten van slagen en verwondingen ten aanzien van de 2 broers. De discriminerende drijfveer werd afgeleid uit de beledigende woorden die werden gebruikt. 

Voor deze en andere feiten werd de eerste beklaagde veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar, met probatie-uitstel gedurende 5 jaar en de tweede beklaagde tot een gevangenisstraf van 27 maanden met probatie-uitstel gedurende 5 jaar. 

Het slachtoffer dat zich burgerlijke partij had gesteld, kreeg een schadevergoeding van 1.500 euro. Unia kreeg een schadevergoeding van 1 euro.

De overige beklaagden werden eveneens veroordeeld met betrekking tot verschillende feiten tot gevangenisstraffen met uitstel en werkstraffen, met uitzondering van 2 beklaagden die werden vrijgesproken, 1 beklaagde die de opschorting van de uitspraak van de veroordeling verkreeg en 1 beklaagde die een overeenkomst had gesloten met het openbaar ministerie (waarvan de homologatie werd verworpen door de correctionele rechtbank).

Unia was betrokken partij.

Afgekort: Corr. Luik, afd. Luik, 23/10/2025 - Rolnummer 22L003144

Op de hoogte blijven van juridisch nieuws?