Ga verder naar de inhoud

Correctionele rechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, 23 november 2004

2 jongeren hadden op een chatkanaal een gesprekspartner met de dood bedreigd omwille van haar vermeende Joodse afkomst en bij herhaling antisemitische uitspraken gepost.

[Waarschuwing: deze uitspraak kan kwetsend taalgebruik bevatten.]

Gepubliceerd op: 23/11/2004
Domeinen: Media en sociale media
Beschermde kenmerken: Racisme
Rechtsinbreuk(en): Haatspraak, Aanzettingsmisdrijf, Haatmisdrijf, Bedreiging
Rechtsmacht: Correctionele rechtbank
Rechtsgebied: Antwerpen
Unia (burgerlijke) partij: ja

Juridische kwalificatie

Het openbaar ministerie vervolgde de beklaagden voor:

  • Aanzetten tot discriminatie, rassenscheiding, haat of geweld jegens een groep, een gemeenschap of de leden ervan (artikel 1, 2° antiracismewet 1981 – thans artikel 250, 3°-4° Strafwetboek).
  • Bedreiging met een aanslag op personen of eigendommen (artikel 327 oud Strafwetboek).

Beslissing

De correctionele rechtbank achtte de feiten bewezen en veroordeelde beide daders wegens inbreuken op de antiracismewet tot een effectieve werkstraf van 50 uren en een boete van 50 euro.

Op de hoogte blijven van juridisch nieuws?