Hof van beroep Gent, 14 maart 2025
Het hof van beroep van Gent veroordeelt een aantal leden van het extreemrechtse ‘Project Thule’ voor het deelnemen of het verlenen van steun aan een privémilitie en voor wapendracht en wapenbezit.
[Eerste aanleg: Correctionele rechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Oudenaarde, 8 december 2023]
[Waarschuwing: vonnissen en arresten kunnen kwetsend taalgebruik bevatten.]
Feiten
Op 19 december 2020 – in volle coronaperiode – vernam de politie dat er een feest aan de gang was in een plaatselijke feestzaal. In de feestzaal trof de politie enkele personen aan evenals verschillende kruisbogen, een dolk en een bus pepperspray. Er werden verschillende documenten en kledingstukken aangetroffen die verband hielden met het extreemrechtse ‘Project Thule’. Uit verklaringen van de beklaagden bleek dat er een ‘joelfeest’ aan de gang was waarop aan kruisboogschieten werd gedaan.
Het openbaar ministerie vervolgde in totaal 17 beklaagden voor het deelnemen of steun verlenen aan een privémilitie en/of voor inbreuken op de wapenwet. De correctionele rechtbank van Oost-Vlaanderen, afdeling Oudenaarde, sprak de beklaagden vrij voor alle misdrijven, met uitzondering van een beklaagde die een bus pepperspray bij zich had op het ogenblik van de feiten. Die beklaagde werd veroordeeld tot een geldboete van 800 euro (met uitstel voor de helft gedurende een periode van 3 jaar).
Juridische kwalificatie
Het openbaar ministerie vervolgde de beklaagden voor de volgende tenlasteleggingen:
- Deel uitmaken of steun verlenen aan een privémilitie (wet van 29 juli 1934 waarbij de private milities worden verboden).
- Inbreuken op de wet houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens (wapenwet).
Beslissing
Volgens het hof van beroep was het ‘Project Thule’ wel degelijke een privémilitie die als doel had om zich af te keren van het huidige democratische systeem en de overheid; onder andere door op termijn zelf met geweld de openbare orde te handhaven in plaats van het leger, de politie en de ordediensten ingericht door de overheid. Het hof van beroep was van oordeel dat de leden van het ‘Project Thule’ bereid waren om geweld te gebruiken om hun doel te bereiken. De schietoefeningen waren geen louter recreatieve, folkloristische of sportieve activiteiten, maar hadden tot doel de leden van het ‘Project Thule’ te onderrichten in het gebruik van geweld.
De beklaagden konden zich volgens het hof van beroep niet beroepen op de vrijheid van vergadering en vereniging. Ze verenigden zich niet enkel met het oog op het delen van eenzelfde levensbeschouwelijke of politieke ideologie. Het komt privépersonen overigens niet toe om te voorzien in de veiligheid van de bevolking en de bescherming van de vrijheden van burgers. Dat is een exclusieve taak van de overheid.
Het hof van beroep oordeelde dat 16 beklaagden zich schuldig hadden gemaakt aan deelname of het verlenen van steun aan een privémilitie. 10 beklaagden werden ook schuldig bevonden aan wapendracht. De 15e beklaagde werd – net als in het eerste vonnis – schuldig bevonden aan verboden wapenbezit, maar kreeg de gunst van opschorting van de straf voor een proeftermijn van 3 jaar. De 11e beklaagde werd vrijgesproken.
De 2e beklaagde was de organisator en bezieler van het ‘Project Thule’. Hij werd veroordeeld tot een werkstraf van 120 uur. Andere beklaagden werden veroordeeld tot werkstraffen of gevangenisstraffen met uitstel.
Unia was geen betrokken partij.
Afgekort: HvB Gent, 14/3/2025