Hof van beroep Gent, 4 november 2014
Verschillende leden van de groep Bloed, Bodem, Eer en Trouw werden onder meer vervolgd wegens het toebrengen van slagen en verwondingen met verwerpelijke beweegreden; wegens aanzetten tot haat, discriminatie of geweld, onder andere jegens de Joodse gemeenschap; en wegens inbreuken op de Negationismewet.
[Eerste aanleg: Correctionele rechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Dendermonde, 7 februari 2014]
[Waarschuwing: vonnissen en arresten kunnen kwetsend taalgebruik bevatten.]
Feiten
De correctionele rechtbank te Dendermonde oordeelde, in haar vonnis van 7 februari 2014, dat artikel 22 van de Antiracismewet vereiste dat de vereniging waaraan men zijn medewerking verleent zelf strafbare feiten moest hebben gepleegd opdat de medewerking strafbaar zou zijn.
Beslissing
Het hof van beroep weerlegt de interpretatie van de correctionele rechtbank, en volgt daarmee zijn eigen stelling in zijn arrest van 21 april 2004 (zaak tegen de 3 vzw’s van het toenmalige Vlaams Blok) en de Cassatie-uitspraak die daarop volgde (arrest van 9 november 2004).
Unia was betrokken partij.
Afgekort: HvB Gent, 4-11-2014