Wanneer spreek je van een haatboodschap?

[Waarschuwing: deze tekst kan kwetsende woorden bevatten.]

In ons land kan je vrij je mening uiten. Dit betekent dat je heel wat kan zeggen of doen, ook al ervaren anderen dat als schokkend, verontrustend of kwetsend.

Toch zijn er grenzen aan deze vrije meningsuiting. Meer zelfs, soms is wat je zegt of doet strafbaar. Overschrijd je de grenzen van de vrije meningsuiting? Dan pleeg je een misdrijf. Een rechter kan je hiervoor veroordelen.

Ontdek de grenzen van vrije meningsuiting: 

1. Aanzetten tot discriminatie, haat, geweld of segregatie* tegen anderen, in het openbaar, doelbewust en om een welbepaalde reden

*Segregatie betekent een groep bewust afscheiden van onze maatschappij, bijvoorbeeld omdat de personen van deze groep een donkere huidskleur hebben.

Wat betekenen deze begrippen?

aanzetten tot discriminatie, haat, geweld of segregatie

‘Aanzetten tot’ betekent iemand aansporen, oproepen, aanstoken of opzetten tegen iets of iemand.

tegen anderen

De dader spoort een ander aan om zich bewust te richten tot één of meer mensen. Algemene kritiek op bijvoorbeeld een politieke overtuiging, godsdienst of levensbeschouwing valt hier dus niet onder.

Het volstaat dat de dader één persoon viseert. Maar hij kan ook meerdere leden van een groep of gemeenschap tot doel hebben of de hele groep of gemeenschap.

in het openbaar

De definitie van openbaar is ruim, namelijk:

  • openbare bijeenkomsten of plaatsen;
  • een plaats die niet voor iedereen toegankelijk is, maar wel voor een aantal mensen die het recht hebben om er te vergaderen of om samen de plaats te bezoeken;
  • elke plaats waar, naast het slachtoffer, ook getuigen aanwezig zijn.

Openbaar betekent ook:

  • papieren of digitale teksten, prenten of symbolen die de dader:
    • aanplakt, verspreidt of verkoopt;
    • te koop aanbiedt;
    • openlijk tentoonstelt.
  • papieren of digitale teksten die niet openbaar zijn, maar die de dader toestuurt of meedeelt aan meerdere mensen.

Voorbeeld

De rechter oordeelde dat volgende zaken openbaar zijn:

  • berichten op een niet-publiek profiel van Facebook
  • uitspraken in de kamer van het ziekenhuis
  • een e-mail gericht aan meerdere mensen 

doelbewust

Doelbewust betekent dat de dader opzettelijk “actief” aanspoort tot discriminatie, haat, geweld of segregatie. Zijn doel is dus discrimineren, haten, geweld plegen of segregeren. Het is daarbij niet nodig dat hij dat doel bereikt.

om een welbepaalde reden

De Antiracismewet verbiedt racisme op grond van:

  • (zogenaamd) ras
  • afkomst
  • huidskleur
  • nationaliteit
  • nationale of etnische afstamming

De Antidiscriminatiewet verbiedt discriminatie op grond van:

  • leeftijd
  • geboorte
  • vermogen
  • burgerlijke staat
  • politieke overtuiging
  • syndicale overtuiging
  • seksuele oriëntatie
  • taal
  • handicap
  • sociale afkomst of toestand
  • geloof of levensbeschouwing
  • fysieke of genetische eigenschap
  • gezondheidstoestand

Voorbeelden

De rechter veroordeelde:

  • een man die tijdens een betoging riep: “Alle moslims moeten zich verenigen en strijden tegen de regering en tegen België. Er moet een boycot komen tegen Amerika en al die honden moeten verbrand worden bij het roepen van Allah Akbar.”
  • voetbalsupporters die een Turks paar op een parking hadden aangevallen, terwijl ze riepen: “Mohammed, ga terug naar Marrakesh, wij willen geen moslims in ons land.” De voetbalsupporters brachten daarbij de Hitlergroet. Een van hen greep zijn geslachtsdeel vast en zei dat dit de profeet Mohammed was.

2. Denkbeelden verspreiden over rassuperioriteit of rassenhaat

De verspreider moet effectief de bedoeling hebben om haat tegen een bepaalde groep aan te wakkeren.

Voorbeeld

De rechter veroordeelde een man die zelfklevers met extreemrechtse slogans als “ons socialisme is nationaal” had gekleefd op verkeersborden en op de ramen van het museum van de Dossin-kazerne.

3. Behoren tot of meewerken met een groep of vereniging die herhaaldelijk discriminatie of segregatie verkondigt

We onderscheiden twee daderprofielen:

  • de dader die doelbewust behoort tot een groep of vereniging die in het openbaar herhaaldelijk discriminatie of segregatie verkondigt, omwille van één van de redenen uit de Antiracismewet;
  • de dader die doelbewust aan deze groep of vereniging zijn medewerking verleent.

Voorbeeld

De rechter veroordeelde leden van een groep die neonaziconcerten organiseerde, omdat ze tot die groep behoorden of er hun medewerking aan verleenden, zoals door een terrein te huren en artiesten af te halen op de luchthaven.

4. Negationisme

Een negationist is iemand die in het openbaar de genocide door het Duitse naziregime tijdens de Tweede Wereldoorlog:

  • ontkent;
  • goedkeurt;
  • schromelijk minimaliseert;
  • óf poogt te rechtvaardigen.

Voorbeeld

De rechter veroordeelde een man omdat die op een website schreef dat “hij opnieuw gaskamers wil, geniet van de gebakken vleesgeur van opgestookte Joden, het liefst Joden in de gaskamer ziet en dat Adolf goed bezig was.”

5. Schriftelijke beledigingen, misbruik van communicatiemiddelen & stalking

Schriftelijke beledigingen, misbruik van communicatiemiddelen en stalking zijn strafbaar. De dader kan racistische of discriminerende motieven hebben, maar dat is bij deze misdrijven niet altijd het geval.

Wél kan de rechter, bij stalking en schriftelijke beledigingen, zwaardere straffen uitspreken als de dader racistische of discriminerende motieven heeft. Unia kan dan tussenkomen zodra de dader raciale of discriminerende motieven heeft.

Wat houden deze misdrijven in?

Schriftelijke beledigingen

Schriftelijke beledigingen zijn papieren of digitale teksten, prenten of symbolen die beledigend zijn. Het gaat dus niét om mondelinge beledigingen.

Mondelinge beledigingen zijn alleen strafbaar in specifieke gevallen.

Voorbeeld

De rechter veroordeelde een dader die in een trappenhal van een appartementsgebouw met een zwarte stift de woorden “hoer” en “negers neuken negers” had geschreven. Bij de tekst had de dader een pijl getrokken naar het appartement van het slachtoffer.

Misbruik van communicatiemiddelen

Misbruik van communicatiemiddelen betekent dat de dader elektronische communicatiemiddelen gebruikt om overlast te veroorzaken of schade te berokkenen aan de correspondent. Dit kan bijvoorbeeld een elektronisch netwerk zijn of een elektronische dienst.

Stalking

Een stalker is een dader die iemand anders belaagt en goed weet of had moeten weten dat hij daarmee de rust van die ander ernstig verstoort.

6. Drukpersmisdrijven

Wat is een drukpersmisdrijf?

Soms zijn misdrijven als 'schriftelijke beledigingen' of 'aanzetten tot haat, discriminatie of geweld' ook drukpersmisdrijven. Dit is het geval als de dader via openbare publicaties de grenzen van de vrije meningsuiting overschrijdt.

Bij drukpersmisdrijven verspreidt de dader zijn boodschap via papieren teksten zoals een krant, tijdschrift of pamflet. Het Hof van Cassatie oordeelde intussen dat ook digitale teksten als drukpersmisdrijf kunnen beschouwd worden.

Welke rechter is bevoegd?

Voor drukpersmisdrijven is het hof van assisen bevoegd. Daarop bestaat een belangrijke uitzondering. Heeft het drukpersmisdrijf een racistisch motief? Dan is de correctionele rechtbank bevoegd.

Omdat een procedure voor een assisenjury omslachtig en duur is, vervolgt justitie andere dan racistische drukpersmisdrijven niet. Gevolg is dat drukpersmisdrijven over discriminatie niet vervolgd worden.

Voorbeeld

De woordvoerder van een radicale moslimorganisatie verspreidde haatboodschappen via een internetfilmpje én op papier. De internetfilmpjes waren gericht tegen niet-moslims en tegen een politica. De geschreven haatboodschappen waren gericht tegen homoseksuelen.

De correctionele rechter kon de woordvoerder wél veroordelen voor de hatelijk filmpjes, maar niet voor de hatelijke geschriften. Filmpjes zijn immers geen drukpersmisdrijf, want er was geen tekst. De hatelijke geschriften waren wel een drukpersmisdrijf, bedoeld om homoseksuelen te discrimineren. En voor een drukpersmisdrijf over discriminatie is de correctionele rechter niet bevoegd.

Wie is aansprakelijk?

Soms zijn bij drukpersmisdrijven meerdere partijen betrokken, zoals de schrijver, de drukker, de uitgever en de verspreider. Daarom geldt de ‘getrapte aansprakelijkheid’. Dit betekent dat, als de schrijver bekend is en in België woont, híj vervolgd wordt en de andere partijen niet. 

Wat kan Unia doen?

Ben je slachtoffer van haatboodschappen? Of ben je hiervan getuige? Dan kan je dit melden aan Unia.

Unia geeft altijd de voorkeur aan de vrijheid van meningsuiting en onderneemt alleen gerechtelijke stappen als dat absoluut noodzakelijk is.

Dialoog

Unia bestrijdt haat en intolerantie bij voorkeur via dialoog. Daarom roepen we je op om te reageren op raciale of discriminerende uitspraken.

Gerechtelijke stappen

Enkel wanneer de haatboodschappen systematisch herhaald worden of een grote weerklank hebben, kan Unia beslissen om naar de rechtbank te stappen.

Meer weten over onze aanpak van haatboodschappen?