Rechtspraak over discriminatie
Op zoek naar rechtspraak over discriminatie? Eén van de opdrachten van Unia is het verzamelen en bekend maken van rechterlijke uitspraken die nuttig zijn om de antiracisme- en antidiscriminatiewetgeving (in ruime zin) te evalueren.
De databank op deze pagina verzamelt vonnissen en arresten over discriminatie, haatmisdrijven en haatspraak (met inbegrip van negationisme). Gebruik de zoektermen of filters om vonnissen en arresten te vinden. De teksten zijn geanonimiseerd en van een samenvatting voorzien. Daarnaast ontwikkelt Unia ook thematische analyses van rechtspraak.
Filter
Correctionele rechtbank Brussel (Franstalig), 15 juli 1996
Hof van beroep Luik, 26 juni 1996
Het hof van beroep van Luik bevestigt op 26 juni 1996 het vonnis van de correctionele rechtbank van Neufchâteau. Deze had op 19 december 1995, de vervolgingen op grond van de wet van 30 juli 1981 jegens een persoon die een jonge persoon met migratieroots op een speelplaats van een school in Bertrix verbaal en fysiek heeft belaagd, ongegrond verklaard. De belager werd veroordeeld voor slagen en verwondingen, maar wat betreft het aanzetten tot haat, waarvoor zowel het parket als Unia vervolging hadden ingesteld, meende de rechtbank dat de intentie tot het openbaar aanzetten tot haat en racisme niet bewezen was.
Correctionele rechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, 21 juni 1996
Correctionele rechtbank Limburg, afdeling Hasselt, 17 april 1996
Veroordeling wegens discriminatie bij de verhuring van een appartement aan een gezin met migratieroots.
Correctionele rechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Oudenaarde, 28 maart 1996
Toebrengen van slagen en verwondingen aan een persoon met migratieroots met een ring met 6 metalen pinnen. De rechter is van oordeel dat een principiële straf afdoende is. De beide in de schermutseling betrokken personen treft immers schuld. Bovendien is er sprake van een zekere uitlokking.
Correctionele rechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, 14 maart 1996
Het in het openbaar verklaren dat “ze alle migranten op een boot moeten zetten of een bom onder hun bed plaatsen” vormt een inbreuk op artikel 1 van de antiracismewet.
Hof van beroep Antwerpen, 17 november 1995
Correctionele rechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Oudenaarde, 23 oktober 1995
Correctionele rechtbank West-Vlaanderen, afdeling Brugge, 25 september 1995
Wanneer het niet duidelijk is dat de weigering van het verhuren van een motorfiets is ingegeven door de buitenlandse herkomst van de kandidaat-huurder, moet de twijfel in het voordeel van de beschuldigde spelen. In onderhavig geval ligt de reden van de weigering van de verhuring niet in het feit dat de klant Turks begon te spreken, maar wel in de ongerustheid die zich van de verhuurster meester maakte. Dergelijke vrees is uiteraard subjectief en was misschien niet gegrond, maar kan niet als een opzettelijke vorm van discriminatie beschouwd worden.