Ga verder naar de inhoud

Rechtspraak over discriminatie

Op zoek naar rechtspraak over discriminatie? Eén van de opdrachten van Unia is het verzamelen en bekend maken van rechterlijke uitspraken die nuttig zijn om de antiracisme- en antidiscriminatiewetgeving (in ruime zin) te evalueren. 

De databank op deze pagina verzamelt vonnissen en arresten over discriminatie, haatmisdrijven en haatspraak (met inbegrip van negationisme). Gebruik de zoektermen of filters om vonnissen en arresten te vinden. De teksten zijn geanonimiseerd en van een samenvatting voorzien. Daarnaast ontwikkelt Unia ook thematische analyses van rechtspraak

Filter

Bv. redelijke aanpassing, hoofddoek...

547 databronnen gevonden. Er worden 547 databronnen getoond op pagina 53 van de 55 pagina's.
547 resultaten gevonden
Actieve filters: Raciale kenmerken
Unia (burgerlijke) partij

Cor­rec­ti­o­ne­le rechtbank Brussel (Franstalig), 15 juli 1996

De fascistische groet bij de eedaflegging tijdens de installatie van een gemeenteraad is sterk symbolisch en betekenisvol en roept onmiskenbaar de fascistische en nazistische ideologie op die, op grond van voornamelijk racistische overwegingen, leidde tot volkerenmoord die Europa tijdens de jaren 1930 en 1940 heeft gekend. Er mag dan, zoals de beklaagde aanvoert, geen enkele wettelijke bepaling zijn die de wijze van eedaflegging reglementeert, maar het komt toch duidelijk voor dat de expliciete en opzettelijke verwijzing naar de fascistische ideologie die de suprematie van het ene ras op het andere voorstond en die de uitroeiing van de vermelde rassen inhield, op zich een aanzet inhoudt tot haat, discriminatie, geweld of segregatie die strafbaar zijn gesteld bij wet van 30 juli 1981 die bij wet van 12 april 1994 werd gewijzigd en verruimd.
Unia (burgerlijke) partij

Hof van beroep Luik, 26 juni 1996

Het hof van beroep van Luik bevestigt op 26 juni 1996 het vonnis van de correctionele rechtbank van Neufchâteau. Deze had op 19 december 1995, de vervolgingen op grond van de wet van 30 juli 1981 jegens een persoon die een jonge persoon met migratieroots op een speelplaats van een school in Bertrix verbaal en fysiek heeft belaagd, ongegrond verklaard. De belager werd veroordeeld voor slagen en verwondingen, maar wat betreft het aanzetten tot haat, waarvoor zowel het parket als Unia vervolging hadden ingesteld, meende de rechtbank dat de intentie tot het openbaar aanzetten tot haat en racisme niet bewezen was.

Unia (burgerlijke) partij

Cor­rec­ti­o­ne­le rechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, 21 juni 1996

Vormt een misdrijf zoals gesteld in artikel 2, het feit dat een immobiliënmakelaar aankondigt dat één van de voorwaarden om als kandidaat-huurder in aanmerking te komen, is dat men “Belg van nature” moet zijn. Het stellen van een nationaliteitsvoorwaarde voor de huurders is strijdig met de wet.

Cor­rec­ti­o­ne­le rechtbank Limburg, afdeling Hasselt, 17 april 1996

Veroordeling wegens discriminatie bij de verhuring van een appartement aan een gezin met migratieroots.

Unia (burgerlijke) partij

Cor­rec­ti­o­ne­le rechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Oudenaarde, 28 maart 1996

Toebrengen van slagen en verwondingen aan een persoon met migratieroots met een ring met 6 metalen pinnen. De rechter is van oordeel dat een principiële straf afdoende is. De beide in de schermutseling betrokken personen treft immers schuld. Bovendien is er sprake van een zekere uitlokking.

Cor­rec­ti­o­ne­le rechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, 14 maart 1996

Het in het openbaar verklaren dat “ze alle migranten op een boot moeten zetten of een bom onder hun bed plaatsen” vormt een inbreuk op artikel 1 van de antiracismewet.

Unia (burgerlijke) partij

Hof van beroep Antwerpen, 17 november 1995

Vijf Pakistani die in een café in Sint-Truiden iets willen drinken, worden niet besteld en krijgen te horen dat “die vijf bruine apen” het café moeten verlaten.

Cor­rec­ti­o­ne­le rechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Oudenaarde, 23 oktober 1995

Stelt zich schuldig aan een misdrijf voorzien in artikel 1 van de wet de persoon die in het openbaar een vrouw van Marokkaanse herkomst onder meer omwille van haar herkomst beledigt, alsook de Marokkaanse gemeenschap in haar geheel.
Unia (burgerlijke) partij

Cor­rec­ti­o­ne­le rechtbank West-Vlaanderen, afdeling Brugge, 25 september 1995

Wanneer het niet duidelijk is dat de weigering van het verhuren van een motorfiets is ingegeven door de buitenlandse herkomst van de kandidaat-huurder, moet de twijfel in het voordeel van de beschuldigde spelen. In onderhavig geval ligt de reden van de weigering van de verhuring niet in het feit dat de klant Turks begon te spreken, maar wel in de ongerustheid die zich van de verhuurster meester maakte. Dergelijke vrees is uiteraard subjectief en was misschien niet gegrond, maar kan niet als een opzettelijke vorm van discriminatie beschouwd worden.

Arbeidshof Brussel (Franstalig), 5 december 1994

De werkneemster die, zo blijkt uit een onderzoek uitgevoerd door het gewestelijk werkloosheidsbureau, meermaals haar meestergast uitmaakt voor “vuile Italiaan, vrouwenhater, masochist” in het bijzijn van de directie en het personeel, begaat een ernstige fout die een onmiddellijk ontslag rechtvaardigt.

Op de hoogte blijven van juridisch nieuws?