Een 16-jarige meisje in een instelling voor bijzonder jeugdzorg had beslist om de hoofddoek te dragen. Maar het interne reglement van de instelling bevatte een verbod op het dragen van religieuze symbolen; op basis daarvan werd ze maandenlang onder druk gezet om haar hoofddoek af te zetten.

Een vrouw met een handicap die een hoofddoek draagt had een aanvraag ingediend om te worden opgenomen in een instelling voor personen met een handicap waar het mogelijk is om zelfstandig te wonen onder begeleiding. Omdat de instelling vanwege de hoofddoek van de vrouw geen gevolg gaf aan die vraag, nam haar zus contact op met het Centrum.

Het huisreglement van een fitnesscentrum vermeldde dat hoofddeksels niet toegelaten waren tijdens het sporten - het paste niet bij het imago dat de uitbater wilde uitdragen.

In een internationaal productiebedrijf met Europese zetel in België namen de spanningen en radicalisering tussen arbeiders toe naar aanleiding van het bidden in de kleedkamers. De Belgische bedrijfsleiding, hierin gesteund door het moederbedrijf, wenste in lijn met de bedrijfswaarden geen absoluut verbod op het bidden in te lassen.

Het Centrum ontving een aantal meldingen over gemeenten die een attest van een imam eisten, opdat een pasfoto met hoofddoek werd toegestaan. De FOD Binnenlandse Zaken heeft beslist dat gemeenten in geen geval een attest van de verantwoordelijke religieuze gemeenschap (bijvoorbeeld een imam) kan eisen, maar volgens de gemeenten waren de zogenoemde 'Algemene onderrichtingen betreffende de elektronische identiteitskaarten van Belg' niet duidelijk genoeg, en voor verschillende interpretaties vatbaar.

Een dame had voor de maand september een studentencontract als poetsvrouw ondertekend, via een dienstenbedrijf. Toen ze aankwam in de overheidsinstelling waar ze aan de slag moest, riep een werknemer haar bij zich. Hij gebood haar onmiddellijk haar hoofddoek af te nemen als ze het gebouw wilde betreden en haar job wilde uitoefenen.

Hoewel de directrice van een Waals atheneum voordien altijd had toegestaan dat een schoonmaakster een hoofddoek droeg, wijzigde ze haar houding en dreigde ze met ontslag indien de schoonmaakster weigerde haar hoofddoek af te nemen. Ze werd ook verplicht om via de kelder naar haar werk te gaan (ze werkte van 16.30 tot 19 uur en kon in contact komen met leerlingen).