De boerkini en gendergelijkheid: het Centrum reageert

29 september 2015
Discriminatiegrond: RacismeGeloof of levensbeschouwing

In het debat over het boerkiniverbod in diverse zwembaden is de voorbije dagen in diverse media herhaald dat volgens het Interfederaal Gelijkekansencentrum ‘vrijheid van godsdienst belangrijker is dan de gelijkheid tussen vrouwen en mannen’. Dat heeft het Centrum op geen enkel moment beweerd; het is ten onrechte afgeleid uit een artikel waarin het Centrum op het boerkiniverbod reageerde.

In dat artikel vestigde het Centrum alleen de aandacht op een recent arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.* Dat arrest toont aan hoe sterk grondrechten onder druk kunnen komen te staan. De vrijheid van overtuiging, en meer bepaald de vrijheid om je levensbeschouwing of godsdienst uit te drukken, wordt geregeld tegengesteld met andere rechten en principes, zoals de gelijkheid tussen vrouwen en mannen, de veiligheid en de openbare orde, de vrijheid om te ondernemen, de neutraliteit van de overheid, de vrijheid van onderwijs.

Het Centrum wil de overheid bijstaan om dat thema objectief te benaderen. Ons standpunt over de boerkini is een voorbeeld van die aanpak. Enerzijds staat buiten kijf dat de boerkini geen probleem stelt op vlak van hygiëne (in functie van de waterkwaliteit, in overeenstemming met de Vlarem-regelgeving) en veiligheid (niet voor de drager van het badpak en niet voor anderen). Daarover heeft het Centrum een advies van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid gevraagd en gekregen.

Anderzijds kan je de gelijkheid tussen vrouwen en mannen vanuit verschillende invalshoeken benaderen. Je kan de boerkini zien als een vernederend kledingstuk; je kan de boerkini ook zien als een kledingstuk dat zijn drager toelaat om, in overeenstemming met haar geloof, deel te nemen aan gemengde sportactiviteiten – in één adem wordt er daarbij op gewezen hoe sport emanciperend kan werken, niet alleen voor de betrokken vrouwen maar ook voor hun kinderen.

Het Centrum pretendeert niet hét antwoord op deze kwestie te hebben, maar roept op tot een meer serene en evenwichtige discussie. Niemand heeft er baat bij dat het debat zich in een ‘voor of tegen’-sfeer afspeelt. Laten we samen bekijken hoe we vrouwen op een constructieve manier aan het maatschappelijke leven kunnen laten deelnemen, en hoe we zo aan hun verdere emancipatie kunnen bijdragen.

* Het gaat om het van 1 juli 2014 daterende arrest-‘S.A.S. tegen Frankrijk’. Dat stelt dat wanneer een vrouw op vrijwillige basis een bepaalde kledingstijl aanneemt omwille van haar godsdienst, de overheid het argument van de gendergelijkheid niet kan inroepen om haar godsdienstvrijheid te beperken.

We willen ten slotte aanstippen dat de meldingen die het Centrum over dit onderwerp ontvangen heeft, komen van vrouwen die er bewust persoonlijk voor kiezen om, vanuit emancipatorische drijfveren, een badpak met lange mouwen en lange broekspijpen te dragen.

Vergelijkbare artikels