Wanneer reageren?

Dankzij de Antidiscriminatiewet is discriminatie vanwege je seksuele oriëntatie verboden in België. Maar wanneer gaat het om discriminatie? Volgens deze wet zijn de volgende handelingen verboden: directe en indirecte discriminatie, intimidatie of pesterijen en opdracht geven tot het discrimineren en aanzetten of oproepen tot haat, discriminatie en geweld omwille van een beschermd criterium. Hieronder een aantal voorbeelden.

Voorbeeld 1: (In)directe discriminatie

Een dansschool hanteert voor de groepslessen de regel: 'Een heer danst altijd met een dame.' Holebi’s kunnen er alleen aan deelnemen als ze “met iemand van het andere geslacht” dansen.

In dit voorbeeld is er sprake van 'directe of indirecte discriminatie'.

Volgens de Antidiscriminatiewet is er sprake van discriminatie als iemand op basis van een of meerdere beschermde criteria verschillend wordt behandeld, zonder dat daarvoor een gegronde rechtvaardiging bestaat. Seksuele oriëntatie is een beschermd criterium. Een gegronde rechtvaardiging om iemand op basis van dat criterium anders te behandelen is in de praktijk bijna nooit te vinden.

Voorbeeld 2: Intimidatie of pesterijen

Een man werkt al jaren bij hetzelfde bedrijf. Zijn collega’s weten dat hij geen partner heeft. Ze speculeren over zijn seksuele oriëntatie en maken in zijn bijzijn geregeld grapjes over homomannen. Soms vindt hij prenten van halfnaakte mannen op zijn bureau.

In dit voorbeeld is er sprake van 'intimidatie of pesterijen'.

Intimidatie en pesterijen zijn ook verboden. Word je gepest, vernederd of geviseerd vanwege je seksuele oriëntatie? Dan is dit ook een vorm van discriminatie.

Ben je slachtoffer van pesterijen op de werkvloer? Dan kan je ook een beroep doen op de zogenoemde Antipestwet. Die beschermt werknemers tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk. Neem in dat geval contact op met ons, maar eventueel ook met de vertrouwenspersoon, de externe preventiedienst van je bedrijf, of met je vakbondsafgevaardigde.

Voorbeeld 3: Opdracht tot discriminatie

Twee vrouwen willen samen een huis huren. De makelaar laat hun weten dat de eigenaar heeft gevraagd om te verhuren aan een ‘modaal koppel’, 'waarbij de man moet kunnen instaan voor tuinonderhoud en kleine karweitjes'.

In dit voorbeeld is er sprake van 'opdracht geven tot discriminatie'.

Zoals de term het zelf zegt, is het verboden om aan iemand anders ‘opdracht te geven tot discriminatie’ vanwege de seksuele oriëntatie van een persoon of groep. Zowel wie de discriminerende opdracht geeft als wie de opdracht uitvoert, draagt daarbij verantwoordelijkheid. Als het vastgoedkantoor uit het voorbeeld de opdracht tot discrimineren uitvoert, kan dat net als de eigenaar door een rechtbank worden veroordeeld.

Voorbeeld 4: Homofobe misdrijven

Een jongeman is op stap met een vriend die travestieshows doet en die avond als vrouw gekleed gaat. Een groep jongeren spreekt hem aan en vraagt hem: "Ben jij homo, misschien?" De jongeman krijgt enkele rake klappen.

In dit voorbeeld is er sprake van een 'homofoob misdrijf'.

Als het onderzoek duidelijk een homofoob motief aantoont, kan de rechter de straf verzwaren. In het bovenstaande voorbeeld gaat het om slagen: dan is de strafverzwaring zelfs verplicht. Die strafverzwaring geldt niet voor alle misdrijven, maar wel voor:

  • aanranding van de eerbaarheid en verkrachting (Art. 377 bis Swb.),
  • doodslag, opzettelijk doden, opzettelijk toebrengen van lichamelijk letsel (Art. 405 quater Swb),
  • schuldig verzuim (Art.422 quater Swb.),
  • aanslag op de persoonlijke vrijheid en op de onschendbaarheid van de woning (Art. 438 bis Swb.),
  • belaging (Art. 442 ter Swb.),
  • aanranding van de eer of goede naam van personen (Art. 453 bis Swb.),
  • brandstichting (Art. 514 bis Swb.),
  • vernieling van bouwwerken, treinen, schepen en machines (Art. 525 bis Swb.),
  • vernieling of beschadiging van roerende eigendommen (Art. 532 bis Swb.),
  • graffiti en beschadiging van onroerende goederen (Art. 534 quater Swb.). 

Voorbeeld 5: Beledigen en aanzetten tot haat, discriminatie of geweld

Een reggae-artiest roept in sommige songteksten op tot geweld tegen homo’s: "Burn them, kill them, …"

In dit voorbeeld is er sprake van 'beledigingen' en 'aanzetten tot discriminatie, haat of geweld'.

Beledigingen

Mondelinge beledigingen zijn alleen strafbaar als ze gericht zijn tegen een drager van openbaar gezag (bijvoorbeeld een politieagent) of een bekleder van een openbare hoedanigheid (bijvoorbeeld een ambtenaar). Ze moeten ook openbaar gebeuren, dat wil zeggen: in het bijzijn van of gericht tot minstens twee personen; of een sms, brief of e-mail die aan verschillende personen is verzonden; …

Beledigingen tegenover een privépersoon zijn alleen strafbaar als ze schriftelijk gebeuren, of via prenten of symbolen. Ze moeten ook openbaar zijn.

Het kan zijn dat dezelfde persoon of groep je meermaals beledigt en lastigvalt. In dat geval is er misschien sprake van intimidatie of zelfs van belaging. Krijg je daarmee te maken? Neem dan contact op met ons.

Aanzetten tot discriminatie, haat of geweld

Boodschappen die aanzetten tot discriminatie, haat of geweld zijn boodschappen waarbij de auteur duidelijk de bedoeling en de hoop heeft dat wie ze leest andere personen of groepen zal discrimineren, haten of geweld tegen hen zal gebruiken. 'Aanzetten tot' gaat duidelijk verder dan je mening verkondigen, want dat kan wél, ook als het om een mening gaat die anderen kwetst of choqueert.

Aanzetten tot discriminatie, haat of geweld kan mondeling of schriftelijk gebeuren. De uitspraken moeten wel openbaar zijn.

Wanneer iemand "Vuile janet!" naar een homoseksuele man roept, is dat niet strafbaar op grond van de Antidiscriminatiewet. In sommige steden kan de politie er wel een GAS-boete voor opleggen.
Roept diezelfde persoon: "Vuile janet, ze zouden jullie allemaal moeten afmaken!", dan is dat volgens de Antidiscriminatiewet wel strafbaar. De persoon zet in dat geval aan tot haat en geweld.
Ook wanneer het al de derde keer is dat diezelfde man "Vuile janet!" roept naar dezelfde homoman, kan dat strafbaar zijn omdat het dan gaat om belaging.

Bij twijfel: neem contact op met ons.

Haat en discriminatie op het internet: cyberhate

Het internet wordt soms misbruikt om aan te zetten tot discriminatie, haat of geweld. We spreken in dat geval over cyberhate. Cyberhate komt voor in verschillende vormen: op websites, op apps, in chatrooms, via e-mail, websites en blogs. Cyberhate tegen holebi’s kan dus in sommige gevallen ook een inbreuk zijn op de Antidiscriminatiewet. Hier lees je wanneer haatboodschappen strafbaar zijn.