Arbeidshof Brussel (Nederlandstalig), 27 juni 2023

27 juni 2023
Actiedomein: Werk
Discriminatiegrond: Andere gronden
Gerechtelijk arrondissement: Brussel
Rechtsmacht: Arbeidshof

Wanneer een ontslag gebaseerd is op discriminatoire redenen en op andere redenen, dan wordt de discriminatie niet ‘geneutraliseerd’ door die andere redenen. Die andere redenen hebben wel een invloed op de forfaitaire schadevergoeding die in dit arrest herleid wordt tot drie maanden brutoloon.

Datum: 27 juni 2023

Instantie: arbeidshof Brussel

Criterium: gezondheidstoestand

Actiedomein: werk

De feiten   

Een vrouw werkte bij een gemeentelijke administratie. Ze kwam regelmatig te laat op het werk omwille van grote wegenwerken. Ze mocht op dinsdag en donderdag om 10 uur starten, maar zelfs dan kwam ze nog te laat. Op de andere dagen kwam ze vaak na 9 uur toe op het werk. De vrouw was ook een tijdje in ziekteverlof. Tijdens dat ziekteverlof werd de arbeidsovereenkomst stopgezet omwille van 'afwezigheden om medische redenen en laattijdige aankomsten op de werkplek die de goede werking van de dienst verstoren'.

Beslissing

Het arbeidshof oordeelde, anders dan de arbeidsrechtbank, dat er sprake was van een discriminatoir ontslag op grond van de gezondheidstoestand. Tijdens de ontslagprocedure werd verschillende keren verwezen naar de gezondheidstoestand van de vrouw. De werkgever kon het vermoeden van discriminatie dat daaruit volgde niet weerleggen.

De vrouw was ook ontslagen omdat ze regelmatig te laat kwam. Maar, zo stelde het arbeidshof, “wanneer de werkgever, naast het ontslag dat gesteund is op discriminatoire redenen, ook andere redenen had om de arbeidsovereenkomst te beëindigen, dan wordt de discriminatie daardoor niet ‘geneutraliseerd’.”

Die andere redenen hebben wel een repercussie op de forfaitaire schadevergoeding. Het arbeidshof stelde dat de vrouw wist dat er grote wegenwerken waren. Ze had zich daarom zo moeten organiseren dat ze tijdig het werk kon bereiken. De wegenwerken mochten geen excuus zijn om regelmatig te laat te komen. Het ontslag was ook op andere motieven gebaseerd en daarom werd de forfaitaire schadevergoeding herleid tot drie maanden brutoloon.

Unia was geen betrokken partij.

Afgekort: Arbh. Brussel (Nl.), 27-6-2023