Hatespeech op internet, een ervaring.

1 januari 2008
Discriminatiegrond: Racisme

“Ik ben para, dus in mijn vrije tijd heb ik altijd zin om iets actiefs te doen : daarom heb ik gekozen om vreemdelingen te vermoorden, vrouwen te verkrachten en mensen die geen Belg zijn uit te maken. Al die ranzige juden mussen in ein zwei drei afgeknald worden”.

Het bovenstaande citaat stond op een website van een viertal minderjarigen

We laten hen aan het woord: “Na de vakantie van 2003 maakten wij een website. Niet met de bedoeling hier een racistische site van te maken maar gewoon als grap. Het begon onschuldig met een forum en enkele teksten. Maar na verloop van tijd zetten we er al onze mails op en maakten we ook racistische teksten. We zagen er geen graten in en deden voort met onze activiteiten. We beschouwden dit nog steeds als een grap. Maar begin 2004 werd een van onze kameraden van
school gestuurd omwille van deze site. Die school waarschuwde bovendien de politie en we werden verscheidene keren op appel geroepen.”

Het parket van de procureur des Konings onderzocht de zaak, en stuurde de “daders” mede op vraag van het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding door naar de Bemiddelingsdienst van het Arrondissement Leuven. Deze dienst brengt daders en slachtoffers bij elkaar om herstel van de geleden schade te bekomen. Aan deze vorm van herstelbemiddeling zijn twee voordelen verbonden: ten eerste krijgen zowel het slachtoffer als de dader meer inzicht in de feiten en de gevolgen ervan. Ten tweede biedt het ook de mogelijkheid om de schade op een zinvolle manier te herstellen. Aangezien er bij racistische websites geen individuele slachtoffers zijn, nam het Centrum de positie van slachtoffer in om via dialoog met de minderjarigen tot een oplossing te kunnen komen.

Tijdens deze procedure kreeg het Centrum de mogelijkheid om uit te leggen wat er volgens de wet juist strafbaar is, en waarom wij het belangrijk vinden dat er gereageerd wordt op zulke websites. Zelfs al is het dan bedoeld als grap, als een vorm van stoer doen, het is in elk geval een misplaatste grap. Het gevaar bestaat erin dat de samenleving zou afglijden naar een “racisme mag”-klimaat als iedereen zulke dingen zou verspreiden. Op de duur wordt het dan als iets heel normaals beschouwd, waardoor normen worden verlegd. Kortom, het Centrum wil de daders niet culpabiliseren maar anderzijds de feiten ook niet banaliseren.

Op basis van deze dialoog is overeengekomen dat de jongeren onder andere zouden meehelpen aan de ontwikkeling van de website van het lokaal meldpunt racisme in Leuven en dat ze een aantal ervaringen van slachtoffers en daders van racisme zouden verwerken. Ook hun eigen ervaringen zouden ze neerschrijven. 

Dankzij deze vorm van herstel hoopt het Centrum dat de jongeren bewuster worden van wat racisme en discriminatie daadwerkelijk betekent voor mensen die ermee geconfronteerd worden. Daarnaast toont dit herstel aan dat de talenten van de jongeren ook kunnen aangewend worden om positieve dingen te bereiken.

Om te eindigen laten we de jongeren zelf nog aan het woord: “We begrepen dat we te ver waren gegaan en we besloten om zoiets nooit nog te beginnen. De bemiddelingsdienst liet op ons een goede indruk omdat ze open stonden voor onze problemen en een snelle oplossing zochten. Het centrum voor racismebestrijding en gelijke kansen gaf ons een alternatieve “straf” waar we ons onmiddellijk in konden vinden. Ze waren ook vriendelijk en plaatsen het probleem ook in de maatschappij van de laatste jaren. Ik ben blij voor mezelf dat na meer dan een jaar de problemen die we veroorzaakten hersteld zijn.”

Vergelijkbare artikels