Een bovenbuur filmt, fotografeert en maakt geluidsopnames van zijn Turkse onderburen. Andere buren bevestigen dat hij zich intimiderend en uitdagend gedraagt. Uit de getuigenissen blijkt dat hij de rust van de buren verstoort omwille van hun afkomst.

De lokale politie krijgt informatie dat een man een nazivlag zou bezitten. Ze raadplegen zijn vrij toegankelijk Facebookprofiel en stellen vast dat de man regelmatig symbolen, cijfers en uitspraken plaatst die duidelijk verwijzen naar het naziregime.

Een vakbondsafgevaardigde weigert te werken in een loods waar zich problemen voordoen met asbest.

Tijdens een politie-interventie wordt een jonge man geboeid. Terwijl hij op grond ligt, krijgt hij nog een trap tegen het hoofd.

Via WhatsApp wordt binnen een deel van een politiekorps een foto verspreid van een collega met een tekst die mogelijks kan wijzen op aanzetten tot racisme. De verzender wordt op 14 september 2018 vrijgesproken door de correctionele rechtbank van Mechelen.

Een man wordt vervolgd voor wapenbezit, belaging, aanzetten tot haat of geweld en het verspreiden van denkbeelden gegrond op rassuperioriteit of rassenhaat. De haatboodschappen en belaging worden via Twitter gepost en viseren onder meer twee medewerkers van Unia.

Tijdens een betoging tegen het optreden van Israelische militairen ten aanzien van Palestijnen, wordt een slogan gescandeerd die wijst op het aanzetten tot haat en geweld tegen Joden. De correctionele rechtbank van Antwerpen sprak op 21 februari 2017 de organisator van de betoging vrij, maar veroordeelde de man die de slogan scandeerde door een luidspreker.

Een man die zijn fietsbanden oppompt, wordt geduwd en geslagen. De dader uit hierbij racistische uitlatingen. Hij blijft agressief wanneer een getuige hem probeert te kalmeren en zelfs in het bijzijn van de politie uit hij nog racistische uitlatingen.

Na zijn sollicitatie ontvangt een sollicitant per ongeluk een interne mail. Daarin staat: “Doe maar X. Weer zo nen buitenlandse naam”. Wanneer hij meer uitleg vraagt over deze e-mail, antwoordt het bedrijf te moeten vaststellen “dat niet alle buitenlandse werkkrachten met goede intenties komen werken” en dat ze vaak meer kosten aan ziekenkas dan dat ze het bedrijf iets opbrengen.

Een inpakster die lange tijd afwezig was wegens ziekte, wil het werk hervatten in een deeltijds regime maar wordt ontslagen. Ze roept discriminatie in op basis van haar gezondheidstoestand.