Rechtbank van eerste aanleg, 14 maart 2017
Een studente verpleegkunde weigert haar hoofddoek uit te laten tijdens de lessen en de stages. Het reglement van de school voorziet dergelijk verbod.

Datum: 14 maart 2017
Instantie: Rechtbank van eerste aanleg Brussel
Criterium: godsdienst
Actiedomein: onderwijs
Beslissing:
De rechtbank meent dat er noch sprake is van discriminatie, noch van belaging.
Unia was geen betrokken partij.
Afgekort: Rb.1ste A.Brussel, 14-03-2017
Vergelijkbare rechtspraak Rechtbank van eerste aanleg, 14 maart 2017
Rechtbank van eerste aanleg Brussel (Franstalige), 14 november 2022
Een aantal verenigingen en personen hebben derdenverzet aangetekend tegen het vonnis van de Brusselse rechtbank van eerste aanleg van 24 november 2021. In dat vonnis oordeelde de rechtbank van eerste aanleg dat de Stad Brussel een einde moest stellen aan het verbod op het dragen van religieuze tekenen in een hogeschool.
Rechtbank van eerste aanleg Brussel, 24 november 2021
De stad Brussel koos voor een exclusief (uitsluitend) neutraliteitsbeleid. Ze verbood daarom het dragen van religieuze symbolen in al haar instellingen, ook in instellingen voor hoger onderwijs en volwassenenonderwijs. De stad verhinderde zo jonge moslima’s met een hoofddoek lessen te volgen. De zaak gaf ook aanleiding tot een prejudiciële vraag aan het Grondwettelijk Hof (GW.Hof, 4-06-2020).
Rechtbank van eerste aanleg Waals-Brabant, 11 februari 2020
Een meisje van 15 draagt de hoofddoek. Op een bepaald ogenblik wordt het schoolreglement aangepast en is het voortaan verboden om o.m. religieuze symbolen te dragen. Verschillende ontmoetingen en sancties brengen geen soelaas. De rechtszaak wordt aangespannen terwijl het meisje haar school elders verderzet.