Radio, video en televisie

In een YouTube-video valt een man een politica aan die ongeneeslijk ziek is, een radiopresentator lacht met personen met een handicap, een partijvoorzitter vergelijkt in een televisieprogramma homoseksualiteit met bestialiteit, een man stuurt een dvd waarin de Holocaust ontkend wordt naar de Dossin-kazerne, …

    In België is er vrijheid van meningsuiting, ook voor radio, video en televisie. Iedereen heeft dus het recht om een mening, ideeën en gevoelens uit te drukken. Maar die vrijheid is niet grenzeloos.

    Zo is negationisme (het ontkennen van de Holocaust) verboden, net als het doelbewust en om een welbepaalde reden in het openbaar aanzetten tot discriminatie, haat of geweld tegen anderen. En  denkbeelden verspreiden over rassensuperioriteit of rassenhaat is eveneens strafbaar. Lees meer.

    Hoe worden deze haatboodschappen behandeld?

    Anders dan bij (geschreven) drukpersmisdrijven worden haatboodschappen op video, radio of televisie, altijd behandeld door een correctionele rechtbank. Lees meer.

    Hoe meld je haatboodschappen op radio, video en televisie?

    Unia helpt en adviseert je. Daarnaast kan je bijvoorbeeld ook terecht bij de redactie, de Raad voor de Journalistiek, de Vlaamse regulator voor de media of de Jury voor Ethische Praktijken inzake Reclame. Lees meer.