Arbeidshof Antwerpen, 23 februari 2007
Een sollicitant van Marokkaanse origine zou na het vermelden van zijn naam te horen hebben gekregen dat een vacature voor meubelmonteerder reeds ingenomen was. Zijn vriend die onder een typisch Belgische naam belde, zou wel onmiddellijk een afspraak hebben gekregen voor een sollicitatiegesprek.
Een jobconsulent luisterde mee naar deze telefoongesprekken. De zaakvoerder bevestigde hem nadien dat de vacature nog niet ingevuld was. Voor de arbeidsrechtbank werden de uitreksels van een telefoonrekening voorgelegd die de exacte tijdstippen aantoonden waarop de telefoongesprekken gevoerd werden, evenals de getuigenis van de jobconsulent en de bevestiging van de VDAB dat de vacature op deze datum nog steeds openstond.
De Voorzitter van de arbeidsrechtbank te Mechelen oordeelde, in zijn uitspraak van 16 maart 2006, dat louter telefoongesprekken die worden bevestigd door een derde waarvan de geloofwaardigheid door verwerende partij ernstig in het gedrang worden gebracht, onvoldoende sterk en pertinent zijn om te dienen als feiten die de bewijslast doen verschuiven naar de zaakvoerder.
Datum: 23 februari 2007
Instantie: Arbeidshof Antwerpen
Criterium: racisme
Beslissing:
Het Arbeidshof te Antwerpen beslist over te gaan tot een getuigenverhoor op 27 maart 2007. Uiteindelijk wint het slachtoffer het pleit in een arrest van 25 juni 2008.
Unia was partij in deze zaak.
Afgekort: Ahof Antwerpen, 23-02-2007