Correctionele rechtbank Antwerpen, afdeling Mechelen, 2 juni 2021

2 juni 2021
Actiedomein: Media/internet
Discriminatiegrond: Racisme
Gerechtelijk arrondissement: Antwerpen

Op 24 augustus 2019 bracht een man een bezoek aan het Fort van Breendonk, samen met enkele vrienden van de groepering Right Wing Resistance Vlaanderen. In de kantine, voor enkele nazisymbolen, bracht hij een Hitlergroet en liet zich fotograferen tijdens die actie. Maanden later, in november 2019, werd één van de foto's verspreid via sociale media en kwam de zaak aan de oren van het gerecht.

Datum: 2 juni 2021

Instantie: Correctionele rechtbank Antwerpen, afdeling Mechelen

Criterium: racisme

Domein: sociale media

Feiten

Op 24 augustus 2019 bracht een man een bezoek aan het Fort van Breendonk, samen met enkele vrienden van de extreemrechtse groepering Right Wing Resistance Vlaanderen. In de SS-kantine bracht hij de Hitlergroet voor enkele nazisymbolen, en hij liet zich fotograferen tijdens die actie. Maanden later, in november 2019, werd één van de foto's verspreid via sociale media.  

De man werd vervolgd voor het uitbrengen van de Hitlergroet op deze specifieke plaats in het kader van een bezoek door een neonazistische organisatie. Door deze handeling zou hij zijn goedkeuring hebben gegeven aan het nationaalsocialistische gedachtegoed. En hij zou ermee uitingen van haat en geweld tegenover groepen die door het nationaal-socialisme als inferieur of vijandig werden beschouwd hebben goedgekeurd. De feiten werden door de beklaagde niet betwist. 

Unia stelde zich burgerlijke partij, naast de Liga voor Mensenrechten en de gemeente Willebroek.  

Juridische kwalicatie

Het openbaar ministerie vervolgde de beklaagde voor de volgende tenlasteleggingen: 

  • Het goedkeuren van de genocide die tijdens de Tweede Wereldoorlog door het Duitse nationaal-socialistische regime is gepleegd (artikel 1 van de Negationismewet).  
  • Aanzetten tot haat of geweld jegens een groep, een gemeenschap of leden ervan (art. 20 van de Antiracismewet).  
  • Aanzetten tot haat of geweld jegens een groep, een gemeenschap of leden ervan (art. 22 van de Antidiscriminatiewet).  

Beslissing   

De rechtbank heeft de drie tenlasteleggingen bewezen verklaard.   

De rechtbank vermeldde uitdrukkelijk dat het zwaar tilt aan het gebrek aan respect voor de slachtoffers van de genocide tijdens de Tweede Wereldoorlog en voor het verdriet van hun nabestaanden.  

Bij de beoordeling van het misdrijf van het aanzetten tot haat of geweld stelde de rechtbank rekening te houden met de ruimere context en de omstandigheden waarin de Hitlergroet werd gebracht. In het vonnis wordt gesteld dat er op een expliciete manier vijandigheid en minachting werd getoond tegenover personen op basis van hun nationaliteit en afkomst. De rechter wijst ook op de impact dat het gestelde gedrag bij de slachtoffers heeft: het raakt de geviseerde personen bijzonder ernstig, in hun eigenheid en geeft hen bovendien een gevoel van uitsluiting. 

De dader werd veroordeeld tot 6 maanden gevangenisstraf, met uitstel van drie jaar, en tot een boete van 800 euro. Hij werd tevens veroordeeld tot de betaling van een 1 euro morele schadevergoeding aan Unia en aan de Liga voor Mensenrechten.  

Aandachtspunten  

In de jaarrapporten van Unia van 2019 en 2020 werd er opgemerkt dat er sprake is van een heropleving en bagatellisering van de nazi-ideologie en -iconografie. Ook de Veiligheid van de Staat (VVSE) wees in haar jaarrapport van 2019 op de verminderde schroom bij extreemrechtse groepen om uiting te geven aan hun ideologie.  

Momenteel zijn er twee wetsvoorstellen hangende in de Kamer waarin men beoogt de nazi-ideologie te bestrijden1 en het gebruik van nazisymbolen verder te verbieden2. Uit o.a. de hierboven besproken rechtspraak blijkt dat er al verschillende juridische mogelijkheden bestaan om het brengen van de Hitlergroet en het gebruik van nazisymbolen te bestraffen.  

Meer info over bestaande rechtspraak is onder meer te vinden in ‘BORGHS, P., “Hitlergroet in Belgische strafwetgeving. Het brengen van de Hitlergroet als misdrijf of verzwarende omstandigheid”, NJW 2019, afl. 412, 822-832’ en ‘KERKHOFS, J. en HERBOTS, P., “Hitlergroet brengen is volgens meerdere wetten strafbaar”, Juristenkrant 2008, afl. 176, 5’. 

Afgekort: Corr.rb.Antwerpen, afdeling Mechelen, 2-06-2021