Een koppel van Marokkaanse origine voelt zich gediscrimineerd bij het zoeken naar een huis in de buurt van Kortrijk. Ze reageren op een zoekertje en tekenen de mail met een Belgisch klinkende naam.

De voorbije dagen ontstond verontwaardiging over een geval van discriminatie in de Antwerpse club La Gare 27. Het Interfederaal Gelijkekansencentrum had hierover gisteren een constructief gesprek met de uitbaters van de club. Daaruit bleek dat de uitbaters niet de bedoeling hadden om te discrimineren, maar dat ze handelden met het oog op de sfeer en veiligheid binnen hun club. Het Centrum maakte duidelijk dat het, ook zonder de intentie om te discrimineren, wel degelijk om een onwettige, discriminerende maatregel ging. De uitbaters erkenden dit.

Een Congolees-Belgische man en zijn zus haalden nog net de trein in het station van Brussel-Centraal. Het vertreksignaal was al gegeven en de treinbegeleidster was al opgestapt. De treinbegeleidster gaf beide reizigers een boete omdat ze de trein hadden opgehouden. In het station van Brussel-Zuid werden ze uit de trein gezet door medewerkers van Securail. Volgens de man en zijn zus was er sprake van een scheldtirade en van racisme vanwege de treinbegeleidster. Een medereizigster, die uit solidariteit met de man en zijn zus mee was afgestapt in Brussel-Zuid, bevestigde dat.

Een uitzendkantoor publiceerde een onlinevacature voor een call-agent met de volgende vereiste: 'Je bent van Nederlands afkomst voor de Nederlandse markt te bewerken of je bent Belgisch en je spreekt Nederlands en/of Frans'.

Een vastgoedmakelaar werd na een eerdere strafrechtelijke veroordeling (2010) opnieuw geconfronteerd met een rechtszaak over discriminatie op grond van origine.

Bij een sollicitatie had een werkgever een kandidate niet geselecteerd vanwege haar niet-Europese nationaliteit. Nadat het Centrum tussenbeide was gekomen, erkende de werkgever zijn vergissing en nodigde hij de kandidate uit voor een nieuw sollicitatiegesprek, dat alsnog uitmondde in een negatieve beslissing.

Het Centrum vernam via verschillende personen dat het diensthoofd van het vreemdelingenloket van een Vlaamse gemeente zich beledigend en racistisch tegenover hen had uitgelaten. Bovendien werkte de betrokken dienst zeer traag, met verregaande gevolgen voor de gezinssituatie van sommige burgers.

Een Marokkaanse vrouw uit Diegem werd, samen met haar gezin en alle andere inwoners van vreemde origine uit haar straat, al vier jaar gepest door haar Vlaamse buren, een koppel. Het Vlaamse koppel deed racistische uitspraken in het openbaar, riep de politie op zonder gegronde reden, verbood de buren van vreemde origine om het voetpad te bewandelen en om hun wagen voor hun huis te parkeren.

Het Centrum ontving een melding over een onlinezoekertje waarin een appartement te huur werd aangeboden. In het zoekertje werd expliciet vermeld dat de eigenaar de voorkeur gaf aan kandidaat-huurders met de Belgische nationaliteit, en ook dat hij geen alleenstaande ouders als huurder wilde.